LogoWelducation Simulator, Welducation Campus
  • nl
    • Contact
    • Colofon
    • Algemene voorwaarden
    • Privacyverklaring
    • Cookiebeleid
    • 007-18032025
    • Veiligheid
      • Veiligheid
        • Verklaring veiligheidsaanwijzingen
        • Algemeen
        • Omgevingsvoorwaarden
        • Verplichtingen van de gebruiker
        • Verplichtingen van het personeel
        • Netaansluiting
        • Gevaar door netstroom
        • EMV-apparaatclassificaties
        • Verklaring voor Canadese bedrijfsleven
        • Bijzondere gevaren
        • Veiligheidsmaatregelen op de opstelplaats en bij transport
        • Veiligheidsmaatregelen bij normaal gebruik
        • Veiligheidssymbolen
        • Gegevensbescherming
        • Auteursrecht
    • Algemene informatie
      • Belangrijke opmerkingen over dit document
        • Doel van het document
        • FCC-regel
      • Werkingsprincipe
        • Functiebeschrijving van software Welducation Campus
      • Gebruikersconcept
        • Doelgroep
        • Gebruiksvoorwaarden
      • Gebruik overeenkomstig de bedoeling
        • Beoogd gebruik software
        • Beoogd gebruik Welducation Simulator
      • Software Welducation Campus
        • Gegevensopslag
        • Privacyverklaring
        • Veiligheidsaanwijzingen
        • Software-updates
      • Trainingsconcept Welducation Simulator
        • Productoverzicht
        • Productconcept
        • Visualisatie
        • Functie- en leveringsomvang
        • Aanwijzingen op het apparaat
        • Productupdates
    • Bedieningselementen en aansluitingen
      • Bedieningselementen, statusweergaven en aansluitingen op de Welducation Simulator
    • Installatie
      • Voorinstellingen
        • Netwerkinstellingen
        • Fabrieksinstelling bedrijfsmodus
      • Voor installatie en ingebruikneming
        • Veiligheid
        • Vereisten voor de installatielocatie
        • Wachttijd tot de stroomvoorziening weer tot stand is gebracht
        • Netaansluiting
        • Systeemcomponenten installeren
        • LAN aansluiten
        • Externe weergaven aansluiten
      • Tafelstandaard
        • Posities en instelmogelijkheden
      • Magneethouder (optie)
        • Veiligheid
        • Functie
      • Standaard (optie)
        • Veiligheid
        • Leveringsomvang en montage
        • Posities en instelmogelijkheden
    • Bediening
      • Bediening
        • Netkabel aansluiten en apparaat inschakelen
        • bediening
    • Lasprocedure
      • Voorbereiding
        • Voorbereidende activiteiten
        • Juiste ligging van de slangenpakketten
      • MIG/MAG
        • Inbedrijfstelling MIG/MAG-lassen
      • Beschrijving van de modussen MIG/MAG
        • 2-stapsproces
        • 4-stapsproces
        • Speciaal 4-stapsproces
        • Symbolen en afkortingen
      • MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen
        • Algemeen
        • Instelbare lasparameters MIG/MAG standaard-handmatig lassen
        • MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen
      • MIG/MAG synergisch lassen
        • Algemeen
        • MIG/MAG-synergisch-lassen
      • TIG
        • Inbedrijfstelling TIG-lassen
        • TIG-lassen
      • Beschrijving van de WIG-modussen
        • Symbolen en toelichting
        • 4-stapsproces
      • Staafelektrode
        • Inbedrijfstelling staafelektrodelassen
        • Elektrodelassen
    • Software
      • Welducation-platform
        • Welducation-platform
      • Modi
        • Bedrijfsmodi
        • Standalone (OFFLINE)
        • Cloud (ONLINE)
        • Van bedrijfsmodus wisselen
      • Gebruikersrollen op het Welducation-platform
        • Gebruikersrollen
        • Toewijzing van rollen
      • Inbedrijfname door beheerder
        • Toegang
        • Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Standalone"
        • Aanmelding "Campus Student"
        • Aanmelding "Trainer"
        • Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud"
        • Aanmelding "Trainer"
        • Aanmelding "Campus Student"
    • Software Welducation Campus - Bediening
      • Cursussen
        • Cursus toevoegen
        • Leermodule maken
        • Leerinhoud maken
        • Deelnemer toevoegen
        • Cursus afronden
        • Cursusoverzicht
        • Virtuele lastaak
        • Instellingen en resultaten
        • Taak starten
        • Verbinding maken met een gratis Welducation Simulator
        • Lastaken met de XR-headset
        • Simulatie-instellingen
        • Lasparameters
        • Lastaak aan het werkstuk uitvoeren
        • Lastaak beëindigen en beoordeling
        • Na beëindiging van de lastaak
        • Overzicht van cursussen en deelnemers
      • Campus Studenten
        • "Campus Student" toevoegen
      • Cursusopties en inhoud ("Content")
        • Cursussjablonen
        • Theorie-inhoud
        • Virtuele lastaken
        • Niveau selecteren
        • Kennistoets
      • Kalibratie
        • Kalibratie activeren
      • Demo
        • Demo
      • Device Management
        • Voorwaarden
        • Factory Reset
        • BackUp and Restore
    • Probleemoplossing, onderhoud en recycling
      • Storingsdiagnose en storingen opheffen
        • Algemeen
        • Veiligheid
        • Storingsdiagnose en storingen opheffen
      • Onderhoud en recycling
        • Veiligheid
        • Onderhoud bij iedere inbedrijfname
        • Afvoer van oude apparaten
    • Technische gegevens
      • Welducation Simulator
      • Gebruik van afneembare antenne
      • XR-Headset
      • Normen
    • Interactieve gebruiksaanwijzing
      • HTML5-gebruiksaanwijzing

    Welducation Simulator, Welducation Campus Bedieningshandleiding

    Installatie
    MIG/MAG
    TIG
    Staafelektrode
    Software
    Software Welducation Campus

    Veiligheid

    Veiligheid

    Verklaring veiligheidsaanwijzingen

    WAARSCHUWING!

    Duidt op een onmiddellijk dreigend gevaar

    Wanneer dit gevaar niet wordt vermeden, heeft dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg.

    GEVAAR!

    Duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg hebben.

    VOORZICHTIG!

    Duidt op een situatie die mogelijk schade tot gevolg kan hebben

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit lichte of geringe verwondingen evenals materiële schade tot gevolg hebben.

    OPMERKING!

    Duidt op de mogelijkheid van minder goede resultaten en mogelijke beschadiging van de apparatuur

    1. Veiligheid

    Veiligheid

    Verklaring veiligheidsaanwijzingen

    WAARSCHUWING!

    Duidt op een onmiddellijk dreigend gevaar

    Wanneer dit gevaar niet wordt vermeden, heeft dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg.

    GEVAAR!

    Duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg hebben.

    VOORZICHTIG!

    Duidt op een situatie die mogelijk schade tot gevolg kan hebben

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit lichte of geringe verwondingen evenals materiële schade tot gevolg hebben.

    OPMERKING!

    Duidt op de mogelijkheid van minder goede resultaten en mogelijke beschadiging van de apparatuur

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Verklaring veiligheidsaanwijzingen

    WAARSCHUWING!

    Duidt op een onmiddellijk dreigend gevaar

    Wanneer dit gevaar niet wordt vermeden, heeft dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg.

    GEVAAR!

    Duidt op een mogelijk gevaarlijke situatie

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit de dood of zwaar lichamelijk letsel tot gevolg hebben.

    VOORZICHTIG!

    Duidt op een situatie die mogelijk schade tot gevolg kan hebben

    Wanneer deze situatie niet wordt vermeden, kan dit lichte of geringe verwondingen evenals materiële schade tot gevolg hebben.

    OPMERKING!

    Duidt op de mogelijkheid van minder goede resultaten en mogelijke beschadiging van de apparatuur

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Algemeen

    Het apparaat is volgens de laatste stand van de techniek conform de officiële veiligheidseisen vervaardigd. Desalniettemin kan een verkeerde bediening van invloed zijn op:
    • het apparaat en andere bezittingen van de gebruiker;
    • het efficiënt werken met het apparaat.
    Alle personen die met de bediening en reparatie van het apparaat te maken hebben, moeten:
    • beschikken over de juiste kwalificaties;
    • deze gebruiksaanwijzing volledig lezen begrijpen en exact opvolgen.

    De gebruiksaanwijzing moet worden bewaard op de plaats waar het apparaat wordt gebruikt.

    Naast de gebruiksaanwijzing moet bovendien de overkoepelende en lokale regelgeving ter voorkoming van ongevallen en ter bescherming van het milieu worden nageleefd.

    Voor alle aanwijzingen met betrekking tot veiligheid en gevaren op het apparaat geldt:
    • houd ze in leesbare toestand,
    • beschadig ze niet,
    • verwijder ze niet,
    • dek ze niet af, plak ze niet af en overschilder ze niet.

    De plaatsen waar de aanwijzingen met betrekking tot veiligheid en gevaren op het apparaat zijn aangebracht, vindt u in het hoofdstuk 'Algemeen' in de gebruiksaanwijzing van het apparaat.
    Storingen die de veiligheid nadelig kunnen beïnvloeden, moeten zijn verholpen voordat het apparaat wordt ingeschakeld.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Omgevingsvoorwaarden

    Gebruiken of opslaan van het apparaat buiten het aangegeven bereik geldt niet als beoogd gebruik. De fabrikant is niet aansprakelijk voor hieruit voortvloeiende schade.

    Installatie en bediening mogen alleen plaatsvinden in gesloten en droge ruimtes.

    Temperatuurbereik van de omgevingslucht:

    • bij gebruik: -10 °C tot +40 °C (+14 °F tot +104 °F)
    • bij transport en opslag: -20 °C tot +55 °C (-4 °F tot +131 °F)

    Relatieve luchtvochtigheid:

    • tot 50% bij +40 °C (+104 °F), niet condenserend
    • tot 90% bij +20 °C (+68 °F), niet condenserend

    Omgevingslucht: vrij van stof, zuren, corrosieve gassen of substanties enz.

    Hoogte boven de zeespiegel: tot 2.000 m (6.500 ft)

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Verplichtingen van de gebruiker

    De gebruiker is verplicht
    • de gebruiksaanwijzing te lezen en te begrijpen.
    De gebruiker is verplicht uitsluitend personen met het apparaat te laten werken die:
    • op de hoogte zijn van de fundamentele voorschriften over arbeidsveiligheid en ongevallenpreventie, en vertrouwd zijn met de bediening van het apparaat,
    • deze gebruiksaanwijzing hebben gelezen en begrepen, en dit door het zetten van hun handtekening hebben bevestigd,
    • voldoende gekwalificeerd zijn voor de werkzaamheden en trainingen die zij uitvoeren.

    Er moet regelmatig worden gecontroleerd of het personeel in voldoende mate veiligheidsbewust werkt.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Verplichtingen van het personeel

    Alle personen die met het apparaat moeten werken, verplichten zich vóór aanvang van de werkzaamheden
    • de fundamentele voorschriften over arbeidsveiligheid en ongevallenpreventie na te leven,
    • en deze gebruiksaanwijzing te hebben gelezen en begrepen.

    Voordat u met het apparaat werkt of de werkplek verlaat, dient u na te gaan of er ook tijdens uw afwezigheid geen lichamelijk letsel of materiële schade kan ontstaan.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Netaansluiting

    De lichtnetspanning en lichtnetfrequentie moeten overeenkomen met de gegevens op het kenplaatje.

    Het apparaat mag alleen worden aangesloten op een correct geïnstalleerd, gezekerd en geaard stopcontact.

    Als het apparaat wordt geleverd zonder standaard in de handel verkrijgbare kabels, zorg er dan voor dat de netstekker en kabel voldoen aan de nationale normen.

    Een elektrische schok is per definitie levensgevaarlijk en kan dodelijk zijn. Het installeren en aansluiten van de netstekker mag alleen door getraind vakpersoneel worden uitgevoerd.

    Leg de netkabel zo dat er geen risico op letsel door de kabel bestaat (struikelgevaar enz.) en schade aan de netkabel uitgesloten is.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Gevaar door netstroom

    Een elektrische schok is per definitie levensgevaarlijk en kan dodelijk zijn.

    Alle kabels en leidingen moeten goed zijn bevestigd, onbeschadigd en geïsoleerd zijn, en een voldoende dikke kern hebben. Loszittende verbindingen, door hitte aangetaste of beschadigde kabels/leidingen, en kabels/leidingen met een te dunne kern direct vervangen.

    Wikkel kabels en leidingen niet om uw lichaam of om lichaamsdelen.

    Alleen getraind vakpersoneel mag reparatiewerkzaamheden uitvoeren (bijvoorbeeld het openen van het apparaat). Als er een defect optreedt, trek dan onmiddellijk de netstekker uit het stopcontact en laat de reparatie uitvoeren door getraind, gespecialiseerd vakpersoneel.

    • Reparaties mogen alleen worden uitgevoerd als het apparaat spanningsvrij is.
    • Gebruik alleen originele vervangingsonderdelen.
    • De netstekker alleen in uitgeschakelde toestand eruit trekken.
    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    EMV-apparaatclassificaties

    Het apparaat is een installatie van emissieklasse B.

    Apparaten van emissieklasse B
    • zijn alleen bedoeld voor gebruik in of in de onmiddellijke nabijheid van woonwijken, bedrijfsparken en industrieterreinen,
    • kunnen in andere gebieden leidinggebonden storingen of storingen door straling veroorzaken.

    In uitzonderlijke gevallen kan er, ondanks het naleven van de emissiegrenswaarden, sprake zijn van beïnvloeding van het geëigende gebruiksgebied (bijvoorbeeld als zich op de installatielocatie gevoelige apparatuur bevindt of als de installatielocatie is gelegen in de nabijheid van radio- of televisieontvangers).
    In dit geval is de gebruiker verplicht adequate maatregelen te treffen om de storing op te heffen.

    Controleer en beoordeel mogelijke problemen en storingsgevoeligheid van installaties in de omgeving volgens de geldende nationale en internationale bepalingen. Het betreft bijvoorbeeld:
    • Veiligheidsvoorzieningen
    • Netkabels, signaalkabels en kabels voor gegevensoverdracht
    • Installaties voor elektronische gegevensverwerking en telecommunicatie
    • Meet- en kalibratie-installaties
    Ondersteunende maatregelen ter voorkoming van EMV-problemen:
    1. Netvoeding
      • Gebruik uitsluitend de meegeleverde stroomkabels.
      • Als er, ondanks reglementaire netaansluiting, elektromagnetische storingen optreden, tref dan extra maatregelen (gebruik bijvoorbeeld een geschikt netfilter).
    1. Geen wijzigingen aan het apparaat
      • Wijzigingen aan het apparaat zonder overleg met de fabrikant kunnen leiden tot het verlies van de gebruiksvergunning.
    1. Als er een vermoeden bestaat dat het apparaat schadelijke interferentie kan veroorzaken bij de ontvangst van televisie- of radiosignalen of bij de werking van een andere installatie:
      • Bevestig dat het apparaat een storingsbron is door het in en uit te schakelen.
      • Als het apparaat wordt geïdentificeerd als een storingsbron, elimineer dan de storing met behulp van de onderstaande storingsonderdrukkingsmaatregelen.
    1. Storingsonderdrukkingsmaatregelen
      • Scherm andere installaties in de omgeving af.
      • Plaats het apparaat op grotere afstand van de betreffende ontvanger.
      • Draai het apparaat weg van de betreffende ontvanger.
      • Richt de antenne van de betreffende ontvanger anders.
      • Sluit het apparaat aan op een ander stopcontact, zodat het apparaat en de betreffende ontvanger verschillende stroomkringen gebruiken.
      • Sluit het apparaat alleen aan op een geaard stopcontact. Het verwijderen van de aarding kan de hoogfrequente straling verhogen en een elektrische schok of de dood veroorzaken. Gebruik geen AC-adapterstekkers of verlengkabels.
      • Als de bovenstaande maatregelen geen blijvende oplossing bieden, neem dan contact op met de fabrikant of getraind vakpersoneel.
    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Verklaring voor Canadese bedrijfsleven

    Dit apparaat voldoet aan de vergunningvrije RSS (Radio Standards Specifications) van ISED (Innovation Science and Economic Development Canada). ISED is een certificeringsinstantie die de testrapporten en technische documentatie voor Canada beoordeelt en de goedkeuring afgeeft. Het gebruik moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
    • Dit apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken.
    • Dit apparaat moet alle ontvangen interferentie accepteren, inclusief interferentie die een ongewenste werking kan veroorzaken.

    VOOR MOBIELE APPARATEN (> 20 cm / laag vermogen)

    Uitleg over blootstelling aan straling, met uitzondering van de XR-headset:
    Dit apparaat voldoet aan de ISED-blootstellingslimieten voor straling die zijn vastgesteld voor een ongecontroleerde omgeving. Dit apparaat moet worden geïnstalleerd en gebruikt met een minimale afstand van 20 cm tussen de stralingsbron en uw lichaam.

    Dit apparaat is alleen bedoeld voor OEM-integratoren onder de volgende voorwaarden (voor gebruik als module):
    • De antenne moet worden geïnstalleerd en gebruikt met een minimale afstand van 20 cm tussen de antenne en de gebruikers.
    • De zendermodule mag niet in de buurt van een andere zender of antenne worden geplaatst.
    • Goedkeuring van de module is alleen geldig als de module wordt geïnstalleerd in de geteste host of een compatibele reeks hosts die vergelijkbare hoogfrequentie-blootstellingskenmerken hebben met een gelijke of grotere antenneafstand.

    Zolang aan de 3 bovenstaande voorwaarden wordt voldaan, is er geen verdere zendertest nodig. De OEM-integrator is echter nog steeds verantwoordelijk voor het testen van het eindproduct op eventuele aanvullende conformiteitsvereisten die vereist zijn als deze module is geïnstalleerd. De gebruiksaanwijzing voor de eindgebruiker moet alle vereiste wettelijke informatie en waarschuwingen bevatten, zoals beschreven in deze gebruiksaanwijzing.

    OPMERKING!

    Er kunnen elektromagnetische storingen optreden door verkeerd gebruik van het apparaat.

    Dit kan leiden tot een verminderde radio-ontvangst.

    Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor gebruik binnen de frequentieband 5.150-5.250 MHz en voor gebruik in gesloten en droge ruimten om de kans op radiotechnische storingen bij mobiele satellietsystemen op hetzelfde kanaal te verminderen.

    Voor apparaten met afneembare antennes moet de maximaal toegestane antenneversterking voor apparaten in de frequentiebanden 5.250-5.350 MHz en 5.470-5.725 MHz zodanig zijn dat de apparaten nog steeds voldoen aan de EIRP-grenswaarde (alleen afneembare antenne).

    Voor apparaten met afneembare antennes moet de maximaal toegestane antenneversterking voor apparaten in de frequentiebanden 5.725-5.850 MHz zodanig zijn dat de apparaten nog steeds voldoen aan de EIRP-grenswaarde (alleen afneembare antennes).

    Indien van toepassing moeten het antennetype, het antennemodel en de ongunstigste hellingshoek duidelijk worden aangegeven om te voldoen aan de EIRP-voorschriften voor het hoogtemasker in punt 6.2.2.3.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Bijzondere gevaren

    In brand- en explosiegevaarlijke ruimtes gelden bijzondere voorschriften.

    • Neem de betreffende nationale en internationale bepalingen in acht.

    Voer bij elke inbedrijfstelling een visuele controle van de kabels en leidingen uit.

    Dimensioneer de netbeveiliging volgens de informatie in de technische gegevens.

    Houd ventilatieopeningen altijd vrij. Zorg voor minimaal 0,5 m (19,69 in.) vrije ruimte rond het apparaat.

    Bij gebruik mag de omgevingstemperatuur niet hoger zijn dan +40 °C (+104 °F) en niet lager dan -10 °C (+14 °F).

    Bij transport en opslag mag de omgevingstemperatuur niet hoger zijn dan +55 °C (+131 °F) en niet lager dan -20 °C (-4 °F).

    Het is niet toegestaan ​​om het apparaat te verplaatsen of de opstelpositie te wijzigen door aan de netkabel te trekken. Schakel het apparaat uit voordat u het optilt of verplaatst.

    Verplaats het apparaat niet met een kraan. Als het apparaat een draaggreep of draagriem heeft, mag handmatige verplaatsing alleen plaatsvinden met behulp van deze draaggreep of draagriem.

    Om rugletsel te voorkomen, dient u de gewichtsinformatie in de technische gegevens in acht te nemen. Gebruik indien nodig een onderstel of gebruik een geschikt aantal personen om te tillen.

    Bij incorrecte plaatsing bestaat er gevaar voor lichamelijk letsel en materiële schade door kantelen of omvallen van het apparaat. Laat het apparaat alleen door getraind vakpersoneel op een stevige, horizontale ondergrond plaatsen.

    Gebruik het apparaat niet als u vermoeid bent of onder invloed bent van alcohol, medicijnen of drugs. Onoplettendheid kan leiden tot ernstig lichamelijk letsel.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Veiligheidsmaatregelen op de opstelplaats en bij transport

    Houd u bij het transport van het apparaat aan de geldende nationale en regionale richtlijnen en voorschriften ter voorkoming van ongevallen. Dit geldt met name voor de richtlijnen met betrekking tot potentiële gevaren bij verzending en transport.

    Transporteer het apparaat uitsluitend in de originele verpakking of in de meegeleverde gereedschapskoffer. De originele verpakking of de bijbehorende gereedschapskoffer is verkrijgbaar bij de fabrikant.

    Actieve apparaten niet optillen of transporteren. Schakel apparaten altijd uit voordat u ze optilt of transporteert.

    Zorg er door middel van instructies en controles binnen het bedrijf voor dat de omgeving van de werkplek altijd schoon en overzichtelijk is.

    Na het transport en voorafgaand aan de installatie en inbedrijfstelling moet het apparaat visueel worden gecontroleerd op schade. Laat voorafgaand aan de installatie en inbedrijfstelling eventuele schade door getraind vakpersoneel repareren.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Veiligheidsmaatregelen bij normaal gebruik

    U mag uitsluitend met het apparaat werken als het volledig functioneert. Als het apparaat niet volledig functioneert, kan het volgende negatief worden beïnvloed of beschadigd raken:
    • het apparaat en andere bezittingen van de gebruiker;
    • het efficiënt werken met het apparaat.

    Controleer ten minste een keer per week of het apparaat geen zichtbare schade vertoont en of het naar behoren werkt.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Veiligheidssymbolen

    Apparaten met CE-aanduiding voldoen aan de eisen die in de richtlijnen voor laagspanningscompatibiliteit en elektromagnetische compatibiliteit worden gesteld (zoals de relevante productnormen van de normenreeks EN 60 974).

    Fronius International GmbH verklaart hierbij dat het radiosysteem Welducation Simulator voldoet aan Richtlijn 2014/53/EU. De volledige tekst van de EU-conformiteitsverklaring is online beschikbaar op:
    http://www.fronius.com

    Apparaten die zijn voorzien van het CSA-testsymbool voldoen aan de eisen van de relevante Canadese en Amerikaanse normen.

    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Gegevensbescherming

    De gebruiker is verantwoordelijk voor de beveiliging van de gegevens:
    • het maken van gegevensback-ups van de wijzigingen t.o.v. de fabrieksinstellingen
    • het opslaan en bewaren van de persoonlijke instellingen
    1. Veiligheid
    2. Veiligheid

    Auteursrecht

    Het auteursrecht op deze handleiding berust bij de fabrikant.

    De tekst en afbeeldingen komen overeen met de technische stand van zaken bij het ter perse gaan, wijzigingen voorbehouden.
    Wij stellen uw suggesties voor verbeteringen en uw feedback over eventuele onjuistheden in de handleiding zeer op prijs.

    Algemene informatie

    Belangrijke opmerkingen over dit document

    Doel van het document

    Deze gebruiksaanwijzing beschrijft de functionaliteit, de installatie, de bediening en het onderhoud van de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    Dit document is bedoeld voor alle bevoegde personen die lesgeven of leren lassen en hiervoor het Welducation-trainingsconcept gebruiken. Het trainingsconcept bestaat uit de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie

    Belangrijke opmerkingen over dit document

    Doel van het document

    Deze gebruiksaanwijzing beschrijft de functionaliteit, de installatie, de bediening en het onderhoud van de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    Dit document is bedoeld voor alle bevoegde personen die lesgeven of leren lassen en hiervoor het Welducation-trainingsconcept gebruiken. Het trainingsconcept bestaat uit de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie
    2. Belangrijke opmerkingen over dit document

    Doel van het document

    Deze gebruiksaanwijzing beschrijft de functionaliteit, de installatie, de bediening en het onderhoud van de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    Dit document is bedoeld voor alle bevoegde personen die lesgeven of leren lassen en hiervoor het Welducation-trainingsconcept gebruiken. Het trainingsconcept bestaat uit de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie
    2. Belangrijke opmerkingen over dit document

    FCC-regel

      FCC
    Dit apparaat voldoet aan de grenswaarden voor een apparaat uit klasse A, conform Deel 15 van de FCC-regels. Deze grenswaarden zijn bedoeld om redelijke bescherming tegen schadelijke storingen in woonomgevingen te bieden. Dit apparaat genereert en gebruikt hoogfrequente energie en kan schadelijke interferentie in de radiocommunicatie veroorzaken als het apparaat niet in overeenstemming met de instructies geïnstalleerd en gebruikt wordt. Er is echter geen garantie dat de interferentie in een bepaalde installatie niet optreedt.

    Als dit apparaat schadelijke interferentie in radio's of televisietoestellen veroorzaakt, die door het in- en uitschakelen van het apparaat kan worden vastgesteld, wordt de gebruiker aangeraden de interferentie met een of meer van de volgende maatregelen te verhelpen:
    • Ontvangstantenne uitlijnen of anders positioneren.
    • Afstand tussen apparaat en ontvanger vergroten.
    • Apparaat op een andere stroomkring aansluiten waarop de ontvanger niet aangesloten is.
    • Voor hulp neemt u contact op met de leverancier of een deskundige radio- of tv-monteur.
    1. Algemene informatie

    Werkingsprincipe

    Functiebeschrijving van software Welducation Campus

    De software Welducation Campus maakt deel uit van een virtueel lassysteem om te leren lassen. Het lassysteem bestaat uit één of meerdere Welducation Simulatoren en de zelfstandig functionerende software Welducation Campus voor het beheren van de cursussen en leerinhouden. De AdminTool hierin wordt gebruikt om gebruikers, apparaten en licenties te beheren.

    De theoretische basis wordt getraind in de software Welducation Campus. De praktische virtuele lastaken worden op de Welducation Simulator uitgevoerd. Externe eindapparaten zijn bedoeld om de software Welducation Campus te gebruiken, zoals de meegeleverde Fronius-tablet of smartphones, notebooks en pc's.

    De trainers kunnen een trainingsprogramma samenstellen dat is afgestemd op de behoeften van de trainees. Dit bestaat uit theoretische inhoud en oefeningen met betrekking tot alle 3 de lasprocedures: MIG/MAG, TIG en staafelektrode. De software Welducation Campus biedt een overzicht van de leervorderingen van de trainees en ondersteunt beoordelingen.

    De software wordt op een pc of mobiel apparaat uitgevoerd, bijvoorbeeld een meegeleverde tablet, notebook of smartphone.

    1. Algemene informatie
    2. Werkingsprincipe

    Functiebeschrijving van software Welducation Campus

    De software Welducation Campus maakt deel uit van een virtueel lassysteem om te leren lassen. Het lassysteem bestaat uit één of meerdere Welducation Simulatoren en de zelfstandig functionerende software Welducation Campus voor het beheren van de cursussen en leerinhouden. De AdminTool hierin wordt gebruikt om gebruikers, apparaten en licenties te beheren.

    De theoretische basis wordt getraind in de software Welducation Campus. De praktische virtuele lastaken worden op de Welducation Simulator uitgevoerd. Externe eindapparaten zijn bedoeld om de software Welducation Campus te gebruiken, zoals de meegeleverde Fronius-tablet of smartphones, notebooks en pc's.

    De trainers kunnen een trainingsprogramma samenstellen dat is afgestemd op de behoeften van de trainees. Dit bestaat uit theoretische inhoud en oefeningen met betrekking tot alle 3 de lasprocedures: MIG/MAG, TIG en staafelektrode. De software Welducation Campus biedt een overzicht van de leervorderingen van de trainees en ondersteunt beoordelingen.

    De software wordt op een pc of mobiel apparaat uitgevoerd, bijvoorbeeld een meegeleverde tablet, notebook of smartphone.

    1. Algemene informatie

    Gebruikersconcept

    Doelgroep

    Het trainingsconcept, bestaande uit de software Welducation Campus en de Welducation Simulatoren, is gericht op alle geautoriseerde trainers en trainees die betrokken zijn bij het lesgeven in of trainen van de 3 lasprocessen MIG/MAG, TIG en staafelektrode. Een andere doelgroep zijn de beheerders van de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie
    2. Gebruikersconcept

    Doelgroep

    Het trainingsconcept, bestaande uit de software Welducation Campus en de Welducation Simulatoren, is gericht op alle geautoriseerde trainers en trainees die betrokken zijn bij het lesgeven in of trainen van de 3 lasprocessen MIG/MAG, TIG en staafelektrode. Een andere doelgroep zijn de beheerders van de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie
    2. Gebruikersconcept

    Gebruiksvoorwaarden

    OPMERKING!

    Leerinhoud in de vorm van documenten met interne knowhow of inhoud die auteursrechtelijk beschermd is

    Toegang door onbevoegden

    Maak documenten die beschermd moeten worden, alleen toegankelijk voor bevoegde personen.

    De fabrikant is niet aansprakelijk voor onvoldoende of onjuiste trainingsresultaten.

    1. Algemene informatie

    Gebruik overeenkomstig de bedoeling

    Beoogd gebruik software

    De software Welducation Campus, inclusief AdminTool, mag alleen worden gebruikt in overeenstemming met het beoogde gebruik.

    De software is uitsluitend bedoeld voor lassimulaties met de inbegrepen hardware.

    Elk ander of verdergaand gebruik wordt beschouwd als oneigenlijk gebruik.
    De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die hieruit voortvloeit.

    Tot het beoogde gebruik behoort ook het volgende:
    • Het volledig lezen en begrijpen van deze gebruiksaanwijzing,
    • Het volledig lezen en begrijpen van alle waarschuwingen op de Welducation Simulator
    1. Algemene informatie
    2. Gebruik overeenkomstig de bedoeling

    Beoogd gebruik software

    De software Welducation Campus, inclusief AdminTool, mag alleen worden gebruikt in overeenstemming met het beoogde gebruik.

    De software is uitsluitend bedoeld voor lassimulaties met de inbegrepen hardware.

    Elk ander of verdergaand gebruik wordt beschouwd als oneigenlijk gebruik.
    De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die hieruit voortvloeit.

    Tot het beoogde gebruik behoort ook het volgende:
    • Het volledig lezen en begrijpen van deze gebruiksaanwijzing,
    • Het volledig lezen en begrijpen van alle waarschuwingen op de Welducation Simulator
    1. Algemene informatie
    2. Gebruik overeenkomstig de bedoeling

    Beoogd gebruik Welducation Simulator

    Het apparaat is uitsluitend bestemd voor toepassingen overeenkomstig het beoogde gebruik en in overeenstemming met het gebruikersconcept.

    Het apparaat is uitsluitend bedoeld voor lassimulaties met de door de fabrikant geleverde software en hardware.

    Elk ander of verdergaand gebruik wordt beschouwd als oneigenlijk gebruik.
    De fabrikant is niet aansprakelijk voor schade die hieruit voortvloeit.

    Tot het beoogde gebruik behoort ook het volgende:
    • Het volledig lezen en begrijpen van deze gebruiksaanwijzing,
    • Het volledig lezen en begrijpen van alle waarschuwingen op het apparaat
    • Het zorgen voor de goede werking van alle systeemcomponenten
    • Het tot stand brengen van de netaansluiting in overeenstemming met de informatie op het kenplaatje
    • Het installeren in gesloten en droge ruimtes
    • Het opstellen, monteren en in bedrijf stellen van het apparaat volgens de instructies in deze gebruiksaanwijzing.
    Het apparaat nooit:
    • Zonder toestemming ombouwen
    • Verkeerd hanteren
    • Met andere programma's dan de software van de fabrikant gebruiken
    • Bedienen, onderhouden of repareren ongeacht de gebruiksaanwijzing
    • Gebruiken met andere randapparatuur dan bedoeld door de fabrikant.

    Het apparaat is ontworpen voor gebruik in gesloten en droge ruimtes. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die ontstaat door gebruik in andere omgevingen.

    De fabrikant is niet aansprakelijk voor onvoldoende of onjuiste trainingsresultaten.

    Alle systeemcomponenten die gebruikt worden in verband met het trainingsconcept, zijn uitsluitend geschikt voor oefendoeleinden en zijn niet bedoeld voor gebruik in de levensechte lassituaties.

    Let erop dat de Welducation Simulator en alle daarmee verbonden componenten alleen binnen het toegestane werkbereik worden gebruikt.

    1. Algemene informatie

    Software Welducation Campus

    Gegevensopslag

    De gegenereerde gegevens worden opgeslagen in overeenstemming met de toegepaste bedieningsvariant.
    • Offline: Standalone
      Gegevens worden lokaal opgeslagen.
    • Online: Cloud
      Gegevens worden in de cloud opgeslagen.
    1. Algemene informatie
    2. Software Welducation Campus

    Gegevensopslag

    De gegenereerde gegevens worden opgeslagen in overeenstemming met de toegepaste bedieningsvariant.
    • Offline: Standalone
      Gegevens worden lokaal opgeslagen.
    • Online: Cloud
      Gegevens worden in de cloud opgeslagen.
    1. Algemene informatie
    2. Software Welducation Campus

    Privacyverklaring

    Met betrekking tot de privacyverklaring zijn de bepalingen van de AVG van toepassing.

    Het privacybeleid van de fabrikant is beschikbaar op https://www.fronius.com/de-at/austria/datenschutzerklaerung

    1. Algemene informatie
    2. Software Welducation Campus

    Veiligheidsaanwijzingen

    Als u de software Welducation Campus gebruikt, volg dan de veiligheidsaanwijzingen in deze gebruiksaanwijzing.

    De klant is verantwoordelijk voor het volgende:
    • Het veilig inrichten van de werkplek voor de praktijkoefeningen
    • Het naleven van de veiligheidsaanwijzingen in de gebruiksaanwijzing

    OPMERKING!

    Standaardwachtwoord

    Onvoldoende bescherming door het standaardwachtwoord voor het aanmelden bij de AdminTool of bij de software Welducation Campus

    Het standaardwachtwoord is alleen bedoeld voor de eerste aanmelding.

    Wijzig het standaardwachtwoord om ongeoorloofde toegang of manipulatie te voorkomen.

    Houd u bij het maken van het wachtwoord aan de volgende richtlijn:
    minstens 8 tekens, hoofdletters en kleine letters
    minstens 1 cijfer en 1 speciaal teken
    geen umlauten

    VOORZICHTIG!

    Leerinhoud verwerken

    Voorkom verwondingen en onvoldoende leersucces als volgt:

    Voor de eerste oefeningen is het aan te raden om zittend te werken om recht te doen aan de veranderde perceptie van de ruimteomgeving bij het dragen van de XR-headset.

    Lees en volg alle veiligheidsaanwijzingen in de gebruiksaanwijzing van de Welducation Simulator en de software Welducation Campus.

    1. Algemene informatie
    2. Software Welducation Campus

    Software-updates

    Als gevolg van updates kan de software functies bevatten die niet in deze gebruiksaanwijzing worden beschreven. Bovendien kunnen enkele afbeeldingen in geringe mate afwijken van de bedieningselementen in uw software. De werking van deze bedieningselementen is echter gelijk.

    De implementatie van software-updates hangt af van de bedieningsvariant. Gedetailleerde informatie over de bedrijfsmodus vindt u in het hoofdstuk Software.

    In de bedrijfsmodus "Cloud" wordt de software-update via de AdminTool uitgevoerd.

    In de bedrijfsmodus "Standalone" worden de software-update ook via de AdminTool uitgevoerd, op voorwaarde dat de gebruiker toegang heeft tot internet.

    Als er geen internettoegang beschikbaar is in de modus "Standalone", wordt de software-update via een USB-stick op de USB-aansluiting van de Welducation Simulator uitgevoerd.

    Als er geen automatische software-update vooraf is geconfigureerd, of in het geval van software-update via een USB-stick, kunt u de huidige firmware-update vinden in het DownloadCenter bij het betreffende lastechniekproduct Welducation Simulator.

    1. Algemene informatie

    Trainingsconcept Welducation Simulator

    Productoverzicht

     

    • Welducation Simulator
    • Aardekabel
    • Fronius-tablet met hoes
    • Tafelstandaard met magneethouder
    • Werkstukken
    • XR-headset
    • Lastoorts of elektrodehouder
    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Productoverzicht

     

    • Welducation Simulator
    • Aardekabel
    • Fronius-tablet met hoes
    • Tafelstandaard met magneethouder
    • Werkstukken
    • XR-headset
    • Lastoorts of elektrodehouder
    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Productconcept

    De Welducation Simulator wordt gebruikt voor realistisch leren lassen, wat de volgende voordelen oplevert:
    • Weinig inspanning vereist voor de training. Geen verbruiksartikelen nodig (draadelektroden, beschermgas enz.).
    • De trainees worden niet blootgesteld aan de gevaren van lassen (hitte, lasrook, lasspatten, lawaai enz.).
    • De training vindt plaats met verhoogde intensiteit.
    • De brandtijd van de vlamboog is vele malen langer dan bij traditionele trainingen.
    • De trainer kan effectiever de trainees ondersteunen, over hun schouders meekijken en cruciale tips geven.
    • Elk lasresultaat kan nauwkeurig worden geanalyseerd, bijvoorbeeld met betrekking tot de brandergeleiding, de naadvorming enz.
    • De leervorderingen van de trainees worden gedocumenteerd en met elkaar vergeleken.
    • De leerinhoud moet aan de behoeften worden aangepast.
    • De verscheidenheid aan lastoortsen en werkstukken maakt de simulatie van talloze verschillende taken mogelijk.

    De Welducation Simulator lijkt voor een groot deel op een echt lasapparaat wat betreft uiterlijk, bediening, interfaces en aansluitingen. Dit betekent dat de focus niet alleen op het lassen ligt, maar ook op het oefenen van de voorbereidende activiteiten.

    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Visualisatie

    De XR-headset wordt gebruikt om de lassimulatie te visualiseren. De XR headset werkt volgens het principe van Augmented Reality. De trainees zien de lastoorts of de staafelektrode met de vlamboog en het werkstuk met de resulterende lasnaad als animatie. Voor een betere oriëntatie wordt de omgeving weergegeven als een echt camerabeeld, bijvoorbeeld van de eigen handen.

    De XR-headset is uitgerust met een optische camera en een extra stereocamera voor het opnemen en integreren van de virtueel weergegeven objecten.

    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Functie- en leveringsomvang

    De standaarduitrusting van de Welducation Simulator biedt een uitgebreid scala aan lasscenario's. Samen met de MIG/MAG-, TIG- en staafelektrodelasprocedures die kunnen worden geleerd, zorgt de verscheidenheid aan bijgeleverde virtuele werkstukken voor een gevarieerd, praktijkgericht trainingsaanbod.

    Om het lassen zo realistisch mogelijk te oefenen, was het belangrijk dat ook de systeemcomponenten zo realistisch mogelijk werden gemodelleerd. De lastoorts en elektrodehouder komen qua gevoel en gewicht overeen met hun levensechte tegenhangers.

    Zowel de aansluiting van de lastoorts of de elektrodehouder als de aardkabel voor het werkstuk wordt net als in het echt uitgevoerd.

    Welducation Simulator
    • Weergaven voor de bedrijfsstatus
    • Aansluitingen vergelijkbaar met een echt lasapparaat
    • Netwerkinterfaces
    • Interfaces voor externe weergaven zoals beamers en monitoren
    Fronius-tablet met hoes
    • Bediening van de Welducation Simulator en de software Welducation Campus
    XR-headset
    • Optische camera:voor een levensecht beeld van de omgeving
    • Trackingcamera:voor het weergeven van de virtuele trainingsweergave in het echte beeld
    • HMD (Head Mounted Display):voor een volledige visualisering van de lassimulatie
    Visualisatie
    • De visualisatie komt overeen met het perspectief van een echte lashelm, waarbij de weergaven in het gezichtsveld worden weergegeven, bijvoorbeeld voor lasstroom (A) en draadaanvoer (m/min).

     

    Simulatie van veelvoorkomende lasprocedures met de volgende componenten:

    • MIG/MAG-lastoorts
    • TIG-lastoorts en materiaal
    • Elektrodehouder en staafelektrode voor lassen met staafelektroden
    Realistische opbouw voor de voorbereidende werkzaamheden:
    • Alle aansluitingen en kabelverbindingen worden realistisch weergegeven.
    • Ook de aardkabel met werkstukklem is beschikbaar.

    Werkstukken:

    T-naad, stuiknaad

    Hoeknaad

    Overlapnaad

    Stompe naad

    • I-naad
    • Y-naad
    • Oplassen

    Buisverbinding

    Buis-plaatverbinding
    • Diameter 80 mm
    • T-naad, stuiknaad
    Buis-buisverbinding
    • I-naad
    • Y-naad

     

    De volgende werkstukeigenschappen kunnen worden gesimuleerd:
    • Materialen:
      Staal
      Chroom-nikkel
      Aluminium
    • Gebruikelijke werkstukdiktes, bijvoorbeeld:
      3 mm
      6 mm
      10 mm

    Voor een flexibele realisatie van de meest uiteenlopende lasposities:

    Tafelstandaard met magnetische houder voor vrij te kiezen bevestiging van de werkstukken

    Voor ergonomische bediening bij gebruik van de XR-headset:

    Interactiedoel, voor het plaatsen van virtuele knoppen:
    • Het interactiedoel verankert virtuele knoppen voor directe selectie van vaak benodigde menuopties met lastoorts of staafelektrode
    • De virtuele knoppen kunnen overal worden geplaatst.
    • Het interactiedoel is magnetisch en kan daarom onbeperkt aan metalen oppervlakken worden bevestigd.

     

    Externe visualisatie:
    • Aansluitmogelijkheid op de Welducation Simulator voor extra externe weergaven zoals beamers of monitoren

     

    Opbergvak:
    • geplaatst op de bovenkant van de Welducation Simulator
    • stabiel op te hangen aan de handgreepbuis
    • Opbergruimte, bijvoorbeeld voor
      XR-headset of
      interactiedoel
    • Extra houder voor lastoorts of elektrodehouder
    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Aanwijzingen op het apparaat

    Op het apparaat bevinden zich waarschuwingen en veiligheidssymbolen. De waarschuwingen en veiligheidssymbolen mogen niet worden verwijderd of overschilderd. De instructies en symbolen waarschuwen voor een verkeerde bediening.

    Veiligheidssymbolen:

    Defecte apparaten niet met het huisvuil meegeven, maar volgens de geldende veiligheidsvoorschriften afvoeren.

    Mogelijkheid van licht lichamelijk letsel en materiële schade door onjuiste bediening.

    Onjuiste bediening en onjuist uitgevoerde werkzaamheden kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken. Alleen getraind vakpersoneel mag installatie-, reparatie- en onderhoudswerkzaamheden uitvoeren. U dient deze gebruiksaanwijzing volledig te lezen en te begrijpen.

    Apparaten met CE-aanduiding voldoen aan de eisen die in de richtlijn voor laagspanningsverdraagzaamheid en elektromagnetische compatibiliteit worden gesteld.

    Apparaten met UKCA-aanduiding voldoen aan de eisen in overeenstemming met de toepasselijke richtlijnen van het Verenigd Koninkrijk.

    Apparaten met FCC-aanduiding voldoen aan de grenswaarden voor een digitaal apparaat uit klasse B, conform Deel 15 van de FCC-regels.

    Dit apparaat voldoet aan de grenswaarden voor een apparaat uit klasse A, conform Deel 15 van de FCC-regels. Deze grenswaarden zijn bedoeld om redelijke bescherming tegen schadelijke storingen in woonomgevingen te bieden. Dit apparaat genereert en gebruikt hoogfrequente energie en kan schadelijke interferentie in de radiocommunicatie veroorzaken als het apparaat niet in overeenstemming met de instructies geïnstalleerd en gebruikt wordt. Er is echter geen garantie dat de interferentie in een bepaalde installatie niet optreedt.

    Als dit apparaat schadelijke interferentie in radio's of televisietoestellen veroorzaakt die door het in- en uitschakelen van het apparaat kan worden vastgesteld, wordt de gebruiker aangeraden de interferentie met een of meer van de volgende maatregelen te verhelpen:
    • Ontvangstantenne uitlijnen of anders positioneren.
    • Afstand tussen apparaat en ontvanger vergroten.
    • Apparaat op een andere stroomkring aansluiten waarop de ontvanger niet aangesloten is.
    • Voor hulp neemt u contact op met de distributeur of een deskundige radio- of tv-monteur.
    Deel 15 van de FCC-regels is onderworpen aan de volgende 2 voorwaarden:
    • Het apparaat mag geen schadelijke storingen veroorzaken.
    • Het apparaat moet bestand zijn tegen storingen die een ongewenste werking kunnen veroorzaken.
    1. Algemene informatie
    2. Trainingsconcept Welducation Simulator

    Productupdates

    Naar aanleiding van updates kunnen functies op uw apparaat beschikbaar zijn, die niet in deze gebruiksaanwijzing zijn beschreven. Bovendien kunnen enkele afbeeldingen enigszins afwijken van de bedieningselementen op uw apparaat.

    Bedieningselementen en aansluitingen

    Bedieningselementen, statusweergaven en aansluitingen op de Welducation Simulator

    Voorzijde
    (1)
    Ventilatieopeningen:
    Apparaatkoeling
    (2)
    Aansluiting MIG/MAG-lastoorts:
    voor het aansluiten van de MIG/MAG-lastoorts
    (3)
    Opbergvak:
    bijv. voor het opbergen van de XR-headset en het interactiedoel
    Houder voor de lastoorts of elektrodehouder
    (4)
    Simulatie beschermgas:
    Draaiknop voor het simuleren van de instelling van de beschermgashoeveelheid door middel van een gasdrukregelaar
    De waarde wordt in de software Welducation Campus weergegeven.
    (5)
    Status-LED's groen, geel en rood *)
    (6)
    Aansluiting TMC (TIG Multi Connector):
    voor het aansluiten van een TIG-lastoorts met aansluiting TMC
    (7)
    (+)-stroombus met bajonetsluiting:
    Aansluiten van de aardleiding bij het TIG-lassen
    Aansluiten van de elektrode- of aardkabel bij het elektrodelassen (afhankelijk van elektrodetype)
    (8)
    (-)-stroombus met bajonetsluiting:
    Aansluiten van de aardkabel bij het MIG/MAG-lassen
    Aansluiten van een standaard TIG-lastoorts
    Aansluiten van de elektrode- of aardkabel bij het elektrodelassen (afhankelijk van elektrodetype)

    *) LED

    Status

    Geen brandend statuslampje

    Simulator is uitgeschakeld

    Groen knippert snel

    Simulator wordt ingeschakeld

    Groen brandt

    Simulator is volledig ingeschakeld en klaar voor gebruik

    Groen en geel branden

    Taak op de simulator is gestart

    Geel brandt en geel knippert langzaam

    Fout

    Geel knippert langzaam

    Geen netwerk beschikbaar

    Groen knippert snel en geel brandt

    3D-simulatie starten/stoppen

    Groen knippert langzaam en geel brandt

    3D-simulatie is gestart

    Groen, geel en weer geel knipperen afwisselend na elkaar

    Er vindt een update plaats

    Om een goede netwerkverbinding te garanderen: Als deze optie is ingesteld, deactiveer dan PoE (Power over Ethernet) voor de betreffende switchpoort.

    Achterzijde
    (9)
    Netwerkaansluiting:
    LAN (RJ45)
    (10)
    HDMI-aansluiting:
    voor externe weergaven zoals beamers en monitoren
    (11)
    USB-aansluiting:
    Laden van een tablet
    Exporteren van gegevens
    Service-interface
    (12)
    Netschakelaar:
    In- en uitschakelen van de Welducation Simulator
    (13)
    WLAN-antenne
    (14)
    Aansluiting van de netkabel
    Linkerkant
    (15)
    Kartelschroef
    Vastmaken van de MIG/MAG-lastoorts
    1. Bedieningselementen en aansluitingen

    Bedieningselementen, statusweergaven en aansluitingen op de Welducation Simulator

    Voorzijde
    (1)
    Ventilatieopeningen:
    Apparaatkoeling
    (2)
    Aansluiting MIG/MAG-lastoorts:
    voor het aansluiten van de MIG/MAG-lastoorts
    (3)
    Opbergvak:
    bijv. voor het opbergen van de XR-headset en het interactiedoel
    Houder voor de lastoorts of elektrodehouder
    (4)
    Simulatie beschermgas:
    Draaiknop voor het simuleren van de instelling van de beschermgashoeveelheid door middel van een gasdrukregelaar
    De waarde wordt in de software Welducation Campus weergegeven.
    (5)
    Status-LED's groen, geel en rood *)
    (6)
    Aansluiting TMC (TIG Multi Connector):
    voor het aansluiten van een TIG-lastoorts met aansluiting TMC
    (7)
    (+)-stroombus met bajonetsluiting:
    Aansluiten van de aardleiding bij het TIG-lassen
    Aansluiten van de elektrode- of aardkabel bij het elektrodelassen (afhankelijk van elektrodetype)
    (8)
    (-)-stroombus met bajonetsluiting:
    Aansluiten van de aardkabel bij het MIG/MAG-lassen
    Aansluiten van een standaard TIG-lastoorts
    Aansluiten van de elektrode- of aardkabel bij het elektrodelassen (afhankelijk van elektrodetype)

    *) LED

    Status

    Geen brandend statuslampje

    Simulator is uitgeschakeld

    Groen knippert snel

    Simulator wordt ingeschakeld

    Groen brandt

    Simulator is volledig ingeschakeld en klaar voor gebruik

    Groen en geel branden

    Taak op de simulator is gestart

    Geel brandt en geel knippert langzaam

    Fout

    Geel knippert langzaam

    Geen netwerk beschikbaar

    Groen knippert snel en geel brandt

    3D-simulatie starten/stoppen

    Groen knippert langzaam en geel brandt

    3D-simulatie is gestart

    Groen, geel en weer geel knipperen afwisselend na elkaar

    Er vindt een update plaats

    Om een goede netwerkverbinding te garanderen: Als deze optie is ingesteld, deactiveer dan PoE (Power over Ethernet) voor de betreffende switchpoort.

    Achterzijde
    (9)
    Netwerkaansluiting:
    LAN (RJ45)
    (10)
    HDMI-aansluiting:
    voor externe weergaven zoals beamers en monitoren
    (11)
    USB-aansluiting:
    Laden van een tablet
    Exporteren van gegevens
    Service-interface
    (12)
    Netschakelaar:
    In- en uitschakelen van de Welducation Simulator
    (13)
    WLAN-antenne
    (14)
    Aansluiting van de netkabel
    Linkerkant
    (15)
    Kartelschroef
    Vastmaken van de MIG/MAG-lastoorts

    Installatie

    Voorinstellingen

    Netwerkinstellingen

    De nodige netwerkinstellingen moeten door IT-beheerders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld in een bedrijfsnetwerk.

    Gedetailleerde informatie hierover vindt u in de paragraaf Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud".

    1. Installatie

    Voorinstellingen

    Netwerkinstellingen

    De nodige netwerkinstellingen moeten door IT-beheerders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld in een bedrijfsnetwerk.

    Gedetailleerde informatie hierover vindt u in de paragraaf Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud".

    1. Installatie
    2. Voorinstellingen

    Netwerkinstellingen

    De nodige netwerkinstellingen moeten door IT-beheerders worden uitgevoerd, bijvoorbeeld in een bedrijfsnetwerk.

    Gedetailleerde informatie hierover vindt u in de paragraaf Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud".

    1. Installatie
    2. Voorinstellingen

    Fabrieksinstelling bedrijfsmodus

    De standaard leveringsstatus is altijd offline standalone.

    De online cloud moet afzonderlijk worden ingesteld.

    1. Installatie

    Voor installatie en ingebruikneming

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van verkeerde bediening en verkeerd uitgevoerde werkzaamheden

    Dit kan licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Alleen getraind vakpersoneel mag alle werkzaamheden en functies die in dit document worden beschreven uitvoeren in overeenstemming met de geldende nationale en internationale normen.

    Lees en begrijp de gebruiksaanwijzing, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften.

    Volg de installatie-instructies.

    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van verkeerde bediening en verkeerd uitgevoerde werkzaamheden

    Dit kan licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Alleen getraind vakpersoneel mag alle werkzaamheden en functies die in dit document worden beschreven uitvoeren in overeenstemming met de geldende nationale en internationale normen.

    Lees en begrijp de gebruiksaanwijzing, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften.

    Volg de installatie-instructies.

    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Vereisten voor de installatielocatie

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende apparaten of systeemcomponenten

    Dit kan licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Zet de Welducation Simulator, de statieven en alle systeemcomponenten stabiel neer.

    Zorg ervoor dat het interactiedoel en de virtuele werkstukken goed vastzitten.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van ontoelaatbare omgevingsvoorwaarden

    Het systeem is ontworpen voor particulier gebruik. Gebruik van het systeem in een industriële omgeving kan tot storingen leiden. Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Het is zeer belangrijk dat u het volgende in acht neemt.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van gedeeltelijk afgedekte luchtinlaat- en uitlaatopeningen

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Zorg voor minimaal 0,5 m (19,69 in.) vrije ruimte rond het apparaat.

    Controleer voor de installatie of aan de volgende voorwaarden is voldaan:
    • Gesloten, droge ruimte
    • Stevige, horizontale en sterke ondergrond
    • Vrije toegang tot het apparaat
    • Het apparaat moet vrij zijn van transportschade en in perfecte staat verkeren
    Plaats het apparaat niet in de buurt van belangrijke voorzieningen zoals:
    • Nooduitgangen
    • Brandblusapparaten
    • EHBO-sets
    Plaats het apparaat niet in de buurt van warmtebronnen, zoals:
    • Radiatoren
    • Airco’s
    • Zonneterrassen
    • Krachtig zonlicht
    Bescherm het apparaat tegen zware omgevingsbelasting, zoals:
    • Stof- en vuilontwikkeling
    • Regen en vochtigheid
    • Sterk magnetisme of radiogolven
    • Kou

    Zorg ervoor dat de toegestane omgevingsvoorwaarden altijd worden nageleefd.

    In ruimtes met een verhoogd risico op brand of explosie gelden bijzondere voorschriften. Houd u aan de geldende nationale en internationale bepalingen.

    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Wachttijd tot de stroomvoorziening weer tot stand is gebracht

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende geacclimatiseerde componenten doordat het apparaat te vroeg op het elektriciteitsnet wordt aangesloten

    Dit kan schade aan het apparaat veroorzaken.

    Sluit het apparaat minimaal vier uur na voltooiing van de installatiewerkzaamheden aan op het elektriciteitsnet en schakel het daarna pas in.

    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Netaansluiting

    Het apparaat is voor de op het kenplaatje aangegeven netspanning geschikt. Voor de beveiliging van de netvoedingskabel raadpleegt u de technische gegevens.

    GEVAAR!

    Mogelijkheid van een elektrische schok door beschadigde netvoedingskabels

    Een elektrische schok kan lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Voer bij elke inbedrijfstelling een visuele controle van alle kabels en leidingen van de Welducation Simulator uit.

    GEVAAR!

    Kortsluiting of een vlamboog in het apparaat kan brandgevaar veroorzaken

    Er bestaat de mogelijkheid van lichamelijk letsel en materiële schade als gevolg van brand of brandwonden.

    Dimensioneer de netbeveiliging volgens de informatie in de technische gegevens.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van een elektrische installatie met onvoldoende elektrische capaciteit

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    De netvoedingskabel en de beveiliging daarvan moeten overeenkomstig de aanwezige stroomvoorziening worden aangelegd.
    De technische gegevens op het kenplaatje zijn van toepassing.

    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Systeemcomponenten installeren

    1Plaats het opbergvak bovenop de Welducation Simulator en hang deze aan de handgreepbuis.
    2Hang indien gewenst de lastoorts of elektrodehouder in de daarvoor bestemde houder van het opbergvak.
    3Sluit de netkabel aan.
    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    LAN aansluiten

    Achterzijde

    Voorafgaand aan het inschakelen van de Welducation Simulator:

    1Sluit het LAN aan op de netwerkpoort (9).
    1. Installatie
    2. Voor installatie en ingebruikneming

    Externe weergaven aansluiten

    Achterzijde

    Voorafgaand aan het inschakelen van de Welducation Simulator:

    1Sluit indien nodig externe weergaven zoals beamers of monitoren aan op de HDMI-poort (10) en schakel deze in.
    1. Installatie

    Tafelstandaard

    Posities en instelmogelijkheden

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Kies een stabiele en vlakke tafel/ondergrond om de tafelstandaard op te plaatsen.

    Plaats de tafelstandaard zo ​dat deze stevig staat en niet kan kantelen of vallen.

    Draai na het afstellen de stelschroeven op de tafelstandaard vast, zodat de tafelstandaard stabiel staat en het werkstuk kan dragen.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder van de tafelstandaard voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    De tafelstandaard wordt compleet met magneethouder geleverd. Het werkstuk blijft magnetisch aan de magneethouder van de tafelstandaard vastzitten. Bevestig de klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard.

    De tafelstandaard biedt de volgende posities en instelmogelijkheden:
    • Draaien
    • Zwenken
    • in hoogte verstellen met telescopische verstelling
    • Kogelgewricht voor elke oriëntatie van de werkstukhouder
    1. Installatie
    2. Tafelstandaard

    Posities en instelmogelijkheden

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Kies een stabiele en vlakke tafel/ondergrond om de tafelstandaard op te plaatsen.

    Plaats de tafelstandaard zo ​dat deze stevig staat en niet kan kantelen of vallen.

    Draai na het afstellen de stelschroeven op de tafelstandaard vast, zodat de tafelstandaard stabiel staat en het werkstuk kan dragen.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder van de tafelstandaard voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    De tafelstandaard wordt compleet met magneethouder geleverd. Het werkstuk blijft magnetisch aan de magneethouder van de tafelstandaard vastzitten. Bevestig de klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard.

    De tafelstandaard biedt de volgende posities en instelmogelijkheden:
    • Draaien
    • Zwenken
    • in hoogte verstellen met telescopische verstelling
    • Kogelgewricht voor elke oriëntatie van de werkstukhouder
    1. Installatie

    Magneethouder (optie)

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    1. Installatie
    2. Magneethouder (optie)

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    1. Installatie
    2. Magneethouder (optie)

    Functie

    Voor het bevestigen van het virtuele werkstuk op het statief van de optionele lastafel Basic

    De optionele magneethouder dient als magneet om het virtuele werkstuk te plaatsen en te fixeren.
    1Monteer de optionele magneethouder via de schroefdraad op het statief van de lastafel Basic.
    1. Installatie

    Standaard (optie)

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Een stabiele en vlakke ondergrond kiezen om de standaard op te plaatsen.

    De standaard zo ​​plaatsen dat deze stevig staat en niet kan kantelen of omvallen.

    Draai na het afstellen de bevestigingsschroef voor de montage en de stelschroeven op de standaard vast zodat de standaard stabiel en belastbaar is.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder van de standaard voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    1. Installatie
    2. Standaard (optie)

    Veiligheid

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Een stabiele en vlakke ondergrond kiezen om de standaard op te plaatsen.

    De standaard zo ​​plaatsen dat deze stevig staat en niet kan kantelen of omvallen.

    Draai na het afstellen de bevestigingsschroef voor de montage en de stelschroeven op de standaard vast zodat de standaard stabiel en belastbaar is.

    Zorg er bij het positioneren van het werkstuk op de magneethouder van de standaard voor dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    1. Installatie
    2. Standaard (optie)

    Leveringsomvang en montage

    (1)
    Magneethouder
    (2)
    Standaard
    (3)
    Sokkel
    (4)
    Inbusschroef
    (5)
    Inbussleutel
    1. Installatie
    2. Standaard (optie)

    Posities en instelmogelijkheden

    De standaard wordt compleet met magneethouder geleverd. Het werkstuk blijft magnetisch aan de magnetische houder van de standaard vastzitten. De klem voor de aardkabel wordt op een geschikte plaats aan de standaard bevestigd.

    De standaard biedt de volgende posities en instelmogelijkheden:
    • Draaien
    • Zwenken
    • in hoogte verstellen met telescopische verstelling
    • Kogelgewricht voor elke oriëntatie van de werkstukhouder

    Bediening

    Bediening

    Netkabel aansluiten en apparaat inschakelen

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische stroom

    Zwaar letsel of overlijden kan het gevolg zijn.

    Gebruik uitsluitend de meegeleverde netkabel om verbinding met het elektriciteitsnet te maken.

    Sluit de netkabel uitsluitend op een correct geaard stopcontact aan.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende geacclimatiseerde componenten doordat het apparaat te vroeg op het elektriciteitsnet wordt aangesloten

    Dit kan schade aan het apparaat veroorzaken.

    Sluit het apparaat minimaal vier uur na voltooiing van de installatiewerkzaamheden aan op het elektriciteitsnet en schakel het daarna pas in.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende of ontbrekende stroomvoorziening naar het apparaat als gevolg van een niet volledig vergrendelde netkabel

    Het apparaat kan na het inschakelen onbruikbaar blijven of tijdens het gebruik uitvallen.

    Wanneer u de netkabel aansluit op de Welducation Simulator zoals hieronder uitgelegd, moet u erop letten dat de netkabel hoorbaar vastklikt op de aansluiting van de Welducation Simulator.

    Om functionele beperkingen te voorkomen, schakelt u het apparaat pas in als:
    • alle componenten zijn aangesloten en (indien nodig),
    • externe displays zoals beamers of projectoren zijn aangesloten op de HDMI-poort en zijn ingeschakeld.
    1Sluit de netkabel aan op de daarvoor bestemde poort van de Welducation Simulator.
    • Draai de netkabel 45° naar rechts tot de vergrendeling hoorbaar vastklikt.
    2Sluit de netkabel aan op een stopcontact dat voldoet aan de specificaties van het apparaat.
    3Zet de netschakelaar in de stand -I-.


    4Maak een verbinding met de Software Welducation Campus - Bediening.
    1. Bediening

    Bediening

    Netkabel aansluiten en apparaat inschakelen

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische stroom

    Zwaar letsel of overlijden kan het gevolg zijn.

    Gebruik uitsluitend de meegeleverde netkabel om verbinding met het elektriciteitsnet te maken.

    Sluit de netkabel uitsluitend op een correct geaard stopcontact aan.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende geacclimatiseerde componenten doordat het apparaat te vroeg op het elektriciteitsnet wordt aangesloten

    Dit kan schade aan het apparaat veroorzaken.

    Sluit het apparaat minimaal vier uur na voltooiing van de installatiewerkzaamheden aan op het elektriciteitsnet en schakel het daarna pas in.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende of ontbrekende stroomvoorziening naar het apparaat als gevolg van een niet volledig vergrendelde netkabel

    Het apparaat kan na het inschakelen onbruikbaar blijven of tijdens het gebruik uitvallen.

    Wanneer u de netkabel aansluit op de Welducation Simulator zoals hieronder uitgelegd, moet u erop letten dat de netkabel hoorbaar vastklikt op de aansluiting van de Welducation Simulator.

    Om functionele beperkingen te voorkomen, schakelt u het apparaat pas in als:
    • alle componenten zijn aangesloten en (indien nodig),
    • externe displays zoals beamers of projectoren zijn aangesloten op de HDMI-poort en zijn ingeschakeld.
    1Sluit de netkabel aan op de daarvoor bestemde poort van de Welducation Simulator.
    • Draai de netkabel 45° naar rechts tot de vergrendeling hoorbaar vastklikt.
    2Sluit de netkabel aan op een stopcontact dat voldoet aan de specificaties van het apparaat.
    3Zet de netschakelaar in de stand -I-.


    4Maak een verbinding met de Software Welducation Campus - Bediening.
    1. Bediening
    2. Bediening

    Netkabel aansluiten en apparaat inschakelen

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische stroom

    Zwaar letsel of overlijden kan het gevolg zijn.

    Gebruik uitsluitend de meegeleverde netkabel om verbinding met het elektriciteitsnet te maken.

    Sluit de netkabel uitsluitend op een correct geaard stopcontact aan.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende geacclimatiseerde componenten doordat het apparaat te vroeg op het elektriciteitsnet wordt aangesloten

    Dit kan schade aan het apparaat veroorzaken.

    Sluit het apparaat minimaal vier uur na voltooiing van de installatiewerkzaamheden aan op het elektriciteitsnet en schakel het daarna pas in.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van onvoldoende of ontbrekende stroomvoorziening naar het apparaat als gevolg van een niet volledig vergrendelde netkabel

    Het apparaat kan na het inschakelen onbruikbaar blijven of tijdens het gebruik uitvallen.

    Wanneer u de netkabel aansluit op de Welducation Simulator zoals hieronder uitgelegd, moet u erop letten dat de netkabel hoorbaar vastklikt op de aansluiting van de Welducation Simulator.

    Om functionele beperkingen te voorkomen, schakelt u het apparaat pas in als:
    • alle componenten zijn aangesloten en (indien nodig),
    • externe displays zoals beamers of projectoren zijn aangesloten op de HDMI-poort en zijn ingeschakeld.
    1Sluit de netkabel aan op de daarvoor bestemde poort van de Welducation Simulator.
    • Draai de netkabel 45° naar rechts tot de vergrendeling hoorbaar vastklikt.
    2Sluit de netkabel aan op een stopcontact dat voldoet aan de specificaties van het apparaat.
    3Zet de netschakelaar in de stand -I-.


    4Maak een verbinding met de Software Welducation Campus - Bediening.
    1. Bediening
    2. Bediening

    bediening

    De Welducation Simulator kan via de software Welducation Campus worden bediend. Dit geldt ook voor de onderstaande instellingen voor de betreffende lasprocedures. De informatie hierover vindt u in de volgende hoofdstukken.

    Lasprocedure

    Voorbereiding

    Voorbereidende activiteiten

    De volgende instellingen, die in werkelijkheid van invloed zijn op het lasapparaat, worden in de simulatie met behulp van de software Welducation Campus geconfigureerd:
    • Selecteren van de lasprocedure
    • Selecteren en instellen van de lasparameters
    • Weergeven van de hoeveelheid beschermgas die met de draaiknop op de Welducation Simulator is ingesteld

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Een stabiele en vlakke tafel/ondergrond kiezen om de tafelstandaard op te plaatsen.

    De tafelstandaard zo ​​plaatsen dat deze stevig staat en niet kan kantelen of omvallen.

    Na het afstellen de stelschroeven op de tafelstandaard vastdraaien, zodat de tafelstandaard stabiel staat en het werkstuk kan dragen.

    Bij het positioneren van het werkstuk ervoor zorgen dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    Ervoor zorgen dat het interactiedoel goed vastzit.

    1De tafelstandaard stevig op de tafel/ondergrond plaatsen.
    2Het werkstuk met een tafelstandaard in de gewenste laspositie vastzetten.
    3De klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard bevestigen.
    1. Lasprocedure

    Voorbereiding

    Voorbereidende activiteiten

    De volgende instellingen, die in werkelijkheid van invloed zijn op het lasapparaat, worden in de simulatie met behulp van de software Welducation Campus geconfigureerd:
    • Selecteren van de lasprocedure
    • Selecteren en instellen van de lasparameters
    • Weergeven van de hoeveelheid beschermgas die met de draaiknop op de Welducation Simulator is ingesteld

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Een stabiele en vlakke tafel/ondergrond kiezen om de tafelstandaard op te plaatsen.

    De tafelstandaard zo ​​plaatsen dat deze stevig staat en niet kan kantelen of omvallen.

    Na het afstellen de stelschroeven op de tafelstandaard vastdraaien, zodat de tafelstandaard stabiel staat en het werkstuk kan dragen.

    Bij het positioneren van het werkstuk ervoor zorgen dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    Ervoor zorgen dat het interactiedoel goed vastzit.

    1De tafelstandaard stevig op de tafel/ondergrond plaatsen.
    2Het werkstuk met een tafelstandaard in de gewenste laspositie vastzetten.
    3De klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard bevestigen.
    1. Lasprocedure
    2. Voorbereiding

    Voorbereidende activiteiten

    De volgende instellingen, die in werkelijkheid van invloed zijn op het lasapparaat, worden in de simulatie met behulp van de software Welducation Campus geconfigureerd:
    • Selecteren van de lasprocedure
    • Selecteren en instellen van de lasparameters
    • Weergeven van de hoeveelheid beschermgas die met de draaiknop op de Welducation Simulator is ingesteld

    VOORZICHTIG!

    Mogelijkheid van kantelende of vallende voorwerpen

    Kantelende of vallende voorwerpen kunnen licht lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    Een stabiele en vlakke tafel/ondergrond kiezen om de tafelstandaard op te plaatsen.

    De tafelstandaard zo ​​plaatsen dat deze stevig staat en niet kan kantelen of omvallen.

    Na het afstellen de stelschroeven op de tafelstandaard vastdraaien, zodat de tafelstandaard stabiel staat en het werkstuk kan dragen.

    Bij het positioneren van het werkstuk ervoor zorgen dat het werkstuk stevig op de magneet rust.

    Zorg ervoor dat de klem voor de aardkabel stevig vastzit.

    Ervoor zorgen dat het interactiedoel goed vastzit.

    1De tafelstandaard stevig op de tafel/ondergrond plaatsen.
    2Het werkstuk met een tafelstandaard in de gewenste laspositie vastzetten.
    3De klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard bevestigen.
    1. Lasprocedure
    2. Voorbereiding

    Juiste ligging van de slangenpakketten

    1. Lasprocedure

    MIG/MAG

    Inbedrijfstelling MIG/MAG-lassen

    1Open het deksel van de Welducation Simulator.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van een niet volledig ingeschoven lastoorts

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Zorg ervoor dat de lastoorts zich na het inschuiven in de correcte eindpositie bevindt.

    2Draai de kartelschroef een paar slagen los, zodat de lastoorts gemakkelijk kan worden ingeschoven.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van een niet correct bevestigde lastoorts

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Let erop dat de lastoorts daadwerkelijk zo ver mogelijk is ingeschoven.

    Draai de kartelschroef van de lastoorts vast met een aanhaalmoment van 3 Nm.

    3Schuif de lastoorts volledig in tot de juiste eindpositie.
    4Draai de kartelschroef van de lastoorts met een TORX®-schroevendraaier TX25 vast met 3 Nm.
    5Sluit het deksel van de Welducation Simulator.
    6Steek de aardekabel in de (-)-stroombus en vergrendel deze.
    7Schakel de tablet in.
    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG

    Inbedrijfstelling MIG/MAG-lassen

    1Open het deksel van de Welducation Simulator.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van een niet volledig ingeschoven lastoorts

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Zorg ervoor dat de lastoorts zich na het inschuiven in de correcte eindpositie bevindt.

    2Draai de kartelschroef een paar slagen los, zodat de lastoorts gemakkelijk kan worden ingeschoven.

    OPMERKING!

    Mogelijkheid van een niet correct bevestigde lastoorts

    Dit kan materiële schade veroorzaken.

    Let erop dat de lastoorts daadwerkelijk zo ver mogelijk is ingeschoven.

    Draai de kartelschroef van de lastoorts vast met een aanhaalmoment van 3 Nm.

    3Schuif de lastoorts volledig in tot de juiste eindpositie.
    4Draai de kartelschroef van de lastoorts met een TORX®-schroevendraaier TX25 vast met 3 Nm.
    5Sluit het deksel van de Welducation Simulator.
    6Steek de aardekabel in de (-)-stroombus en vergrendel deze.
    7Schakel de tablet in.
    1. Lasprocedure

    Beschrijving van de modussen MIG/MAG

    2-stapsproces

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de modussen MIG/MAG

    2-stapsproces

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de modussen MIG/MAG

    4-stapsproces

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de modussen MIG/MAG

    Speciaal 4-stapsproces

    De bedrijfsmodus "speciaal 4-stapsproces" houdt rekening met de hoge thermische geleidbaarheid van aluminium en is geschikt voor het lassen van aluminium materialen.

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de modussen MIG/MAG

    Symbolen en afkortingen

    toortsschakelaar indrukken | toortsschakelaar vasthouden | toortsschakelaar loslaten

    GPr
    Gasvoorstroming

    I-S
    Startstroomfase: snelle opwarming van het basismateriaal ondanks hoge warmteafgifte bij de lasstart

    t-S
    Startstroomduur

    S
    Parameter start vlambooglengtecorrectie:
    vlambooglengtecorrectie bij lasstart

    SL1
    Slope 1: continue verlaging van de startstroom op de lasstroom

    I
    Lasstroomfase: gelijkmatige toediening van temperatuur op vooraf verhit grondmateriaal

    I-E
    Eindstroomfase: ter vermijding van plaatselijke oververhitting van het basismateriaal door warmtestuwing bij het laseinde. Het uitzakken van de lasnaad wordt verhinderd.

    t-E
    Eindstroomduur

    E
    Parameter einde vlambooglengtecorrectie:
    vlambooglengtecorrectie bij het laseind

    SL2
    Slope 2: continue verlaging van de lasstroom op de eindstroom

    GPo
    Gasnastroming

    1. Lasprocedure

    MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen

    Algemeen

    De procedure MIG/MAG standaard-handmatig lassen is een MIG/MAG lasprocedure zonder Synergic-functie.
    De verandering van een parameter heeft geen automatische aanpassing van de overige parameters tot gevolg. Alle veranderbare parameters kunnen afzonderlijk worden ingesteld.

    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen

    Algemeen

    De procedure MIG/MAG standaard-handmatig lassen is een MIG/MAG lasprocedure zonder Synergic-functie.
    De verandering van een parameter heeft geen automatische aanpassing van de overige parameters tot gevolg. Alle veranderbare parameters kunnen afzonderlijk worden ingesteld.

    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen

    Instelbare lasparameters MIG/MAG standaard-handmatig lassen

    Bij MIG/MAG standaard-handmatig lassen staan de volgende parameters tot uw beschikking:
    • Draadsnelheid
    • Lasspanning
    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen

    MIG/MAG-standaard-handmatig-lassen

    1Selecteer de lasprocedure MIG/MAG standaard-handmatig lassen.
    2Selecteer de gewenste MIG/MAG-bedrijfsmodus:
    2-stapsproces
    4-stapsproces
    De bedrijfsmodus Speciaal 4-stapsproces komt bij MIG/MAG Standaard-handmatig lassen overeen met het traditionele 4-stapsproces.
    3Stel de parameter voor de lasspanning in.
    4Stel de parameter voor de draadaanvoer in.
    5Stel eventueel de parameter Dynamiek in om de kortsluitdynamiek op het moment van de druppelovergang te beïnvloeden
    6Met de draaiknop op de Welducation Simulator de vereiste hoeveelheid beschermgas instellen.

    De Welducation Simulator is gereed.

    1. Lasprocedure

    MIG/MAG synergisch lassen

    Algemeen

    De lasprocedure MIG/MAG standaard-handmatig lassen is een MIG/MAG lasprocedure met Synergic-functie.
    De verandering van een parameter heeft de automatische aanpassing van de overige parameters tot gevolg. Het lasvermogen kan naar keuze met een van de volgende parameters worden ingesteld:

    • Lasstroom
    • Draadsnelheid
    • Lasspanning
    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG synergisch lassen

    Algemeen

    De lasprocedure MIG/MAG standaard-handmatig lassen is een MIG/MAG lasprocedure met Synergic-functie.
    De verandering van een parameter heeft de automatische aanpassing van de overige parameters tot gevolg. Het lasvermogen kan naar keuze met een van de volgende parameters worden ingesteld:

    • Lasstroom
    • Draadsnelheid
    • Lasspanning
    1. Lasprocedure
    2. MIG/MAG synergisch lassen

    MIG/MAG-synergisch-lassen

    1De lasprocedure selecteren.
    • MIG/MAG Standard-Synergic-lassen
    • MIG/MAG Puls-Synergic-lassen
    2De gewenste MIG/MAG-bedrijfsmodus kiezen:
    • 2-stapsproces
    • 4-stapsproces
    • Speciaal 4-stapsproces
    3Het gebruikte materiaal selecteren.
    4De diameter van de gebruikte draadelektrode selecteren.
    5Het gebruikte beschermgas selecteren.
    6De lasparameter instellen waarmee het lasvermogen moet worden opgegeven:
    • Draadsnelheid
    • Materiaaldikte
    • Lasstroom
    7Eventueel de volgende lasparameters instellen om het lasproces te optimaliseren:
    • Vlambooglengtecorrectie
    • Dynamiekcorrectie voor het instellen van de kortsluitingsstroom en de stroom bij kortsluiting bij standaardvlambogen
    • Pulscorrectie voor het corrigeren van de pulsenergie bij impulsvlambogen
    8Met de draaiknop op de Welducation Simulator de vereiste hoeveelheid beschermgas instellen.

    De Welducation Simulator is gereed.

    1. Lasprocedure

    TIG

    Inbedrijfstelling TIG-lassen

    1Steek de stuurstekker van de TIG-lastoorts in de aansluiting voor de besturing van de lastoorts en vergrendel deze.
    2Bajonet-stroomstekker van de TIG-lastoorts in de (-)-stroombus steken en door middel van draaien naar rechts vergrendelen.
    3Aardkabel in de (+)-stroombus steken en vergrendelen.
    1. Lasprocedure
    2. TIG

    Inbedrijfstelling TIG-lassen

    1Steek de stuurstekker van de TIG-lastoorts in de aansluiting voor de besturing van de lastoorts en vergrendel deze.
    2Bajonet-stroomstekker van de TIG-lastoorts in de (-)-stroombus steken en door middel van draaien naar rechts vergrendelen.
    3Aardkabel in de (+)-stroombus steken en vergrendelen.
    1. Lasprocedure
    2. TIG

    TIG-lassen

    1De lasprocedure TIG-lassen selecteren.
    2Polariteit selecteren.
    3Indien nodig bolvorming selecteren (cap-shaping).
    4De parameter voor de lasstroom instellen.
    5Met de draaiknop op de Welducation Simulator de vereiste hoeveelheid beschermgas instellen.

    De Welducation Simulator is gereed.

    1. Lasprocedure

    Beschrijving van de WIG-modussen

    Symbolen en toelichting

    (1) De toortsschakelaar naar achteren trekken en vasthouden.
    (2) De toortsschakelaar loslaten.
    (3) De toortsschakelaar kort terugtrekken (< 0,5 s).
    (4) De toortsschakelaar naar voren indrukken en vasthouden.
    (5) De toortsschakelaar loslaten.

    GPr

    Gasvoorstroming

    IS

    Startstroom:
    voorzichtig opwarmen met lage lasstroom zodat het materiaal correct gepositioneerd kan worden

    IE

    Eindstroom:
    ter vermijding van plaatselijke oververhitting van het basismateriaal door warmtestuwing bij het laseinde. Het uitzakken van de lasnaad wordt verhinderd.

    tUP

    Up-Slope:
    voortdurende verhoging van de startstroom naar de hoofdstroom (lasstroom) I1

    tDOWN

    Down-Slope:
    voortdurende verlaging van de lasstroom naar de eindkraterstroom

    I1

    Hoofdstroom (lasstroom):
    gelijkmatige temperatuuraanvoer in het grondmateriaal dat door warmte vooraf is verhit

    I2

    Reductiestroom:
    Tussentijdse verlaging van de lasstroom ter vermijding van plaatselijke oververhitting van het grondmateriaal

    GPO

    Gasnastroming

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de WIG-modussen

    Symbolen en toelichting

    (1) De toortsschakelaar naar achteren trekken en vasthouden.
    (2) De toortsschakelaar loslaten.
    (3) De toortsschakelaar kort terugtrekken (< 0,5 s).
    (4) De toortsschakelaar naar voren indrukken en vasthouden.
    (5) De toortsschakelaar loslaten.

    GPr

    Gasvoorstroming

    IS

    Startstroom:
    voorzichtig opwarmen met lage lasstroom zodat het materiaal correct gepositioneerd kan worden

    IE

    Eindstroom:
    ter vermijding van plaatselijke oververhitting van het basismateriaal door warmtestuwing bij het laseinde. Het uitzakken van de lasnaad wordt verhinderd.

    tUP

    Up-Slope:
    voortdurende verhoging van de startstroom naar de hoofdstroom (lasstroom) I1

    tDOWN

    Down-Slope:
    voortdurende verlaging van de lasstroom naar de eindkraterstroom

    I1

    Hoofdstroom (lasstroom):
    gelijkmatige temperatuuraanvoer in het grondmateriaal dat door warmte vooraf is verhit

    I2

    Reductiestroom:
    Tussentijdse verlaging van de lasstroom ter vermijding van plaatselijke oververhitting van het grondmateriaal

    GPO

    Gasnastroming

    1. Lasprocedure
    2. Beschrijving van de WIG-modussen

    4-stapsproces

    • Lasstart met startstroom IS: De toortsschakelaar terugtrekken en vasthouden.
    • Lassen met hoofdstroom I1: De toortsschakelaar loslaten.
    • Verlagen naar eindstroom IE: De toortsschakelaar terugtrekken en vasthouden.
    • Laseinde: De toortsschakelaar loslaten.
    4-stapsproces

    *) Tussentijdse verlaging

    Bij de tussentijdse verlaging wordt tijdens de hoofdstroomfase de lasstroom naar een ingestelde reductiestroom I-2 verlaagd.

    • Om de tussentijdse verlaging te activeren, moet u de toortsschakelaar naar voren indrukken en ingedrukt houden.
    • Om de hoofdstroom weer te gebruiken, laat u de toortsschakelaar los.
    1. Lasprocedure

    Staafelektrode

    Inbedrijfstelling staafelektrodelassen

    In werkelijkheid kunt u op de verpakking van de staafelektroden aflezen of de staafelektroden op (+) of op (-) moeten worden gelast.

    In het geval van de Welducation Simulator kan de meegeleverde staafelektrode worden gebruikt voor alle beschikbare scenario's op (+) en (-).

    1De aardkabel afhankelijk van elektrodetype in de (-)-stroombus of de (+)-stroombus steken en door middel van draaien naar rechts vergrendelen.
    2De bajonetstekker van de elektrodehoudende kabel al naar gelang elektrodetype in de vrije stroombus met tegenovergestelde polariteit steken en vergrendelen door naar rechts te draaien.
    1. Lasprocedure
    2. Staafelektrode

    Inbedrijfstelling staafelektrodelassen

    In werkelijkheid kunt u op de verpakking van de staafelektroden aflezen of de staafelektroden op (+) of op (-) moeten worden gelast.

    In het geval van de Welducation Simulator kan de meegeleverde staafelektrode worden gebruikt voor alle beschikbare scenario's op (+) en (-).

    1De aardkabel afhankelijk van elektrodetype in de (-)-stroombus of de (+)-stroombus steken en door middel van draaien naar rechts vergrendelen.
    2De bajonetstekker van de elektrodehoudende kabel al naar gelang elektrodetype in de vrije stroombus met tegenovergestelde polariteit steken en vergrendelen door naar rechts te draaien.
    1. Lasprocedure
    2. Staafelektrode

    Elektrodelassen

    1De lasprocedure Staafelektrodelassen selecteren.
    2De parameter voor de lasstroom instellen.
    3Polariteit selecteren.
    4Stel eventueel de parameter Dynamiek in om de kortsluitdynamiek op het moment van de druppelovergang te beïnvloeden
    5De tafelstandaard stevig op de tafel/ondergrond plaatsen.
    6Het werkstuk met een tafelstandaard in de gewenste laspositie vastzetten.
    7De klem voor de aardkabel op een geschikte plaats aan de tafelstandaard bevestigen.

    De Welducation Simulator is gereed.

    Software

    Welducation-platform

    Welducation-platform

    Het Welducation-platform omvat de software voor het trainingsconcept en bestaat uit twee applicaties:
    • Welducation Campusbedoeld voor het volgen van de cursussen en het bestuderen van de leerinhoud
    • Welducation AdminTool
      bedoeld voor het beheer van apparaten en gebruikers

    Beide applicaties kunnen worden gebruikt op de bijgeleverde Fronius-tablet. Andere eindapparaten (smartphone, notebook, pc enz.) zijn mogelijk voor de bedrijfsmodus "Cloud". Gebruik voor de bedrijfsmodus "Standalone" alleen de Fronius-tablet.

    Bedrijfsmodus "Standalone" van de software Welducation Campus:

    1Selecteer de applicatie Campus Standalone.
    Bedrijfsmodus "Cloud" van de software Welducation Campus:
    1Selecteer de applicatie "Campus".
    Of ga via de webbrowser op een ander eindapparaat naar de volgende URL:
    "https://campus.welducation.com"

    Welducation AdminTool kan niet rechtstreeks op de tablet worden gestart. U moet hiervoor in het vervolgkeuzemenu wisselen van Welducation Campus naar Welducation AdminTool, zoals weergegeven in de afbeelding.

    1. Software

    Welducation-platform

    Welducation-platform

    Het Welducation-platform omvat de software voor het trainingsconcept en bestaat uit twee applicaties:
    • Welducation Campusbedoeld voor het volgen van de cursussen en het bestuderen van de leerinhoud
    • Welducation AdminTool
      bedoeld voor het beheer van apparaten en gebruikers

    Beide applicaties kunnen worden gebruikt op de bijgeleverde Fronius-tablet. Andere eindapparaten (smartphone, notebook, pc enz.) zijn mogelijk voor de bedrijfsmodus "Cloud". Gebruik voor de bedrijfsmodus "Standalone" alleen de Fronius-tablet.

    Bedrijfsmodus "Standalone" van de software Welducation Campus:

    1Selecteer de applicatie Campus Standalone.
    Bedrijfsmodus "Cloud" van de software Welducation Campus:
    1Selecteer de applicatie "Campus".
    Of ga via de webbrowser op een ander eindapparaat naar de volgende URL:
    "https://campus.welducation.com"

    Welducation AdminTool kan niet rechtstreeks op de tablet worden gestart. U moet hiervoor in het vervolgkeuzemenu wisselen van Welducation Campus naar Welducation AdminTool, zoals weergegeven in de afbeelding.

    1. Software
    2. Welducation-platform

    Welducation-platform

    Het Welducation-platform omvat de software voor het trainingsconcept en bestaat uit twee applicaties:
    • Welducation Campusbedoeld voor het volgen van de cursussen en het bestuderen van de leerinhoud
    • Welducation AdminTool
      bedoeld voor het beheer van apparaten en gebruikers

    Beide applicaties kunnen worden gebruikt op de bijgeleverde Fronius-tablet. Andere eindapparaten (smartphone, notebook, pc enz.) zijn mogelijk voor de bedrijfsmodus "Cloud". Gebruik voor de bedrijfsmodus "Standalone" alleen de Fronius-tablet.

    Bedrijfsmodus "Standalone" van de software Welducation Campus:

    1Selecteer de applicatie Campus Standalone.
    Bedrijfsmodus "Cloud" van de software Welducation Campus:
    1Selecteer de applicatie "Campus".
    Of ga via de webbrowser op een ander eindapparaat naar de volgende URL:
    "https://campus.welducation.com"

    Welducation AdminTool kan niet rechtstreeks op de tablet worden gestart. U moet hiervoor in het vervolgkeuzemenu wisselen van Welducation Campus naar Welducation AdminTool, zoals weergegeven in de afbeelding.

    1. Software

    Modi

    Bedrijfsmodi

    De volgende bedrijfsmodi zijn gepland voor de interactie tussen het Welducation-platform en de Welducation Simulatoren:

     

    • Standalone (OFFLINE) Eenvoudige combinatie van een Welducation Simulator met een eindapparaat (Fronius-tablet) Voorbeeld:Trainingsinstituut zonder de nodige infrastructuur voor netwerkaansluiting of internetverbinding Er is directe communicatie met de Welducation Simulator vereist. Alle inhoud wordt lokaal op de Welducation Simulator opgeslagen.

     

    • Cloud (ONLINE) Op internet gebaseerd netwerk van de Welducation Simulatoren en eindapparaten (Fronius-tablet, smartphone, notebook, pc enz.) Voorbeeld:voor een trainingscentrum met de juiste infrastructuur om de cursussen in verschillende systemen te kunnen gebruiken Er is geen directe communicatie met de Welducation Simulator vereist. Alle inhoud wordt in de cloud opgeslagen en is toegankelijk ongeacht locatie en eindapparaat. De communicatie met de Welducation Simulator is alleen nodig bij het uitvoeren van een lastaak.

    Opmerking: Er is geen synchronisatie van gegevens tussen de afzonderlijke bedrijfsmodi.

    1. Software
    2. Modi

    Bedrijfsmodi

    De volgende bedrijfsmodi zijn gepland voor de interactie tussen het Welducation-platform en de Welducation Simulatoren:

     

    • Standalone (OFFLINE) Eenvoudige combinatie van een Welducation Simulator met een eindapparaat (Fronius-tablet) Voorbeeld:Trainingsinstituut zonder de nodige infrastructuur voor netwerkaansluiting of internetverbinding Er is directe communicatie met de Welducation Simulator vereist. Alle inhoud wordt lokaal op de Welducation Simulator opgeslagen.

     

    • Cloud (ONLINE) Op internet gebaseerd netwerk van de Welducation Simulatoren en eindapparaten (Fronius-tablet, smartphone, notebook, pc enz.) Voorbeeld:voor een trainingscentrum met de juiste infrastructuur om de cursussen in verschillende systemen te kunnen gebruiken Er is geen directe communicatie met de Welducation Simulator vereist. Alle inhoud wordt in de cloud opgeslagen en is toegankelijk ongeacht locatie en eindapparaat. De communicatie met de Welducation Simulator is alleen nodig bij het uitvoeren van een lastaak.

    Opmerking: Er is geen synchronisatie van gegevens tussen de afzonderlijke bedrijfsmodi.

    1. Software
    2. Modi

    Standalone (OFFLINE)

    Het Welducation-platform draait op het eindapparaat (Fronius-tablet) als een zelfstandige oplossing voor het beheren van Welducation Simulatoren, gebruikers, cursussen of voor het afronden van cursussen.

    Standalone (OFFLINE) wordt als basisvariant standaard meegeleverd en is altijd beschikbaar.

    1. Software
    2. Modi

    Cloud (ONLINE)

    Het Welducation-platform draait op een cloudserver. Om deze bedieningsvariant te gebruiken, is internettoegang vereist voor het eindapparaat (Fronius-tablet, smartphone, notebook, pc enz.) en de Welducation Simulatoren. Met de bedieningsvariant "Cloud" (ONLINE) kan de gebruiker alle taken die niet aan de Welducation Simulator zijn gekoppeld, vanaf elke locatie uitvoeren (cursussen / inhoud beheren, cursussen afronden - bijv. theorie).

    1. Software
    2. Modi

    Van bedrijfsmodus wisselen

    Als de reeds ingeschakelde Welducation Simulator niet verschijnt in de software Welducation Campus, kunt u met de lastoorts de huidige bedrijfsmodus weergeven en wisselen. Hiervoor doorloopt u de volgende stappen:
    1Sluit de MIG/MAG-lastoorts aan.

    Soms kan er sprake zijn van een enigszins vertraagde reactie op alle onderstaande handelingen. Wacht daarom bij het indrukken van de betreffende toets tot de bijbehorende LED gaat branden.

    2Houd de toetsen "+" en "-" tegelijk ingedrukt totdat alle drie de LED’s op de lastoorts oranje branden.
    3Laat zodra alle drie de LED’s branden de toetsen "+" en "-" los.
    Een groene LED geeft nu de huidige bedrijfsmodus aan.
    • Groene LED links: "Cloud"
    • Groene LED rechts: "Standalone"
    4Wissel van modus met de toetsen "+" en "-".
    • Een inactieve modus die niet kan worden geactiveerd, wordt oranje weergegeven.
    5Nadat u de gewenste bedrijfsmodus hebt geselecteerd, bevestigt u deze met de toortsschakelaar aan de onderkant van de lastoorts.
    • De bijbehorende LED is eerst oranje en gaat als alles goed gaat na het indrukken van de toortsschakelaar groen branden.
    • De Welducation Simulator wordt opnieuw opgestart.
    • Het wisselen van de bedrijfsmodus is voltooid.
    1. Software

    Gebruikersrollen op het Welducation-platform

    Gebruikersrollen

    Er zijn 3 belangrijke gebruikersrollen voor de inbedrijfstelling en het gebruik van het Welducation-platform en de Welducation Simulatoren:
    • Beheerder
    • Campus Trainer
    • Campus Student
    1. Software
    2. Gebruikersrollen op het Welducation-platform

    Gebruikersrollen

    Er zijn 3 belangrijke gebruikersrollen voor de inbedrijfstelling en het gebruik van het Welducation-platform en de Welducation Simulatoren:
    • Beheerder
    • Campus Trainer
    • Campus Student
    1. Software
    2. Gebruikersrollen op het Welducation-platform

    Toewijzing van rollen

    • Beheerder: Er is één beheerder voor elke klantorganisatie. De beheerder gebruikt de software Welducation AdminTool om de Welducation Simulatoren binnen de toegewezen organisatie in bedrijf te stellen en te onderhouden, en om binnen de toegewezen organisatie geautoriseerde Campus Trainers te definiëren. 
    • Campus Trainer: De Campus Trainer kan in de AdminTool Campus Studenten uitnodigen voor een klantorganisatie, evenals via Welducation Campus cursussen en eigen inhoud maken en implementeren. De Campus Trainer gebruikt voornamelijk de software Welducation Campus om cursussen en Campus Studenten te beheren. De Campus Trainer stelt een trainingsprogramma samen dat is afgestemd op de behoeften van de Campus Studenten. Het trainingsprogramma bestaat uit theoretische inhoud en oefeningen met betrekking tot alle 3 de lasprocedures: MIG/MAG, TIG en staafelektrode. Het geeft een overzicht van de leervorderingen van de Campus Studenten. De leervorderingen van de Campus Studenten kunnen worden geëvalueerd en beoordeeld. 
    • Campus Studenten: Campus Studenten kunnen aan cursussen deelnemen (via Welducation Campus). Campus Studenten gebruiken de software Welducation Campus om cursussen binnen de toegewezen organisatie te volgen. Campus Studenten bestuderen de theoretische inhoud die al is opgenomen of is voorbereid door trainers en voeren de aan hen toegewezen praktische oefeningen uit op de Welducation Simulator. 

     

    Rol

    AdminTool

    Campus

    Opmerking

     

     

     

    Beheerder

    • Welducation Simulatoren, gebruikers en hun rollen beheren
    • Welducation Simulatoren in bedrijf stellen en onderhouden
    • Trainers instellen

    Trainer

    • Campus Studenten uitnodigen voor de organisatie
    • Cursussen en Campus Studenten organisatorisch beheren
    • Het trainingsprogramma met inhoud en oefeningen samenstellen
    • Overzichten genereren van de leervorderingen van Campus Studenten
    • Campus Studenten evalueren en beoordelen
    • Een eventueel noodzakelijke kalibratie initiëren

    Campus Studenten

    • Cursussen volgen
    • Praktische oefeningen op de Welducation Simulator uitvoeren
    • Registreren
    1. Software

    Inbedrijfname door beheerder

    Toegang

    De toegang tot het Welducation-platform is afhankelijk van de gewenste bedrijfsmodus.

    De fabrieksinstelling van de Welducation Simulator is "Standalone".

    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Toegang

    De toegang tot het Welducation-platform is afhankelijk van de gewenste bedrijfsmodus.

    De fabrieksinstelling van de Welducation Simulator is "Standalone".

    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Standalone"

    1Controleer of op de lastoorts de bedrijfsmodus "Standalone" is geselecteerd.
    • Geef de huidige bedieningsvariant op de lastoorts weer en schakel indien nodig over naar de bedrijfsmodus "Standalone".
    2Het WLAN van de simulator op de tablet selecteren onder "Instellingen" > "WLAN-netwerken".
    • Netwerknaam: serienummer van de Welducation Simulator
    • Wachtwoord: serienummer van de Welducation Simulator

    De volgende stappen zijn nodig om voor de eerste keer toegang te krijgen tot de Fronius-tablet:

    3Meld u eenmalig aan bij Welducation Simulator met de volgende aanmeldingsgegevens:
    • Gebruikersnaam: org-admin-standalone
    • Wachtwoord: wstR878fe!
    4Het wachtwoord moet bij de eerste keer aanmelden worden gewijzigd. Bewaar het nieuwe wachtwoord op een veilige plaats.

    BELANGRIJK: De gebruikersnaam en het wachtwoord zijn bestemd voor de beheerder.

    5In AdminTool het apparaatbeheer oproepen en de verbonden Welducation Simulator selecteren.
    Voor de Welducation Simulator zijn de volgende statusweergaven mogelijk:
    • "FREE":De simulator is beschikbaar.
    • "OFFLINE":De simulator is niet toegankelijk en is niet beschikbaar voor lastaken.
    • "BEZET" ("OCCUPIED"):De simulator is in gebruik.
    Ga als volgt te werk om de informatie van Welducation Simulator te bewerken:
    6Selecteer het potloodsymbool.
    7Geef de gegevens voor de Welducation Simulator op.

    Andere gebruikers (ongeacht hun rol) voeren de zelfregistratie uit op de Welducation Simulator.

    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Aanmelding "Campus Student"

    BELANGRIJK: In eerste instantie krijgt elke zelfgeregistreerde gebruiker de rol "Campus Student".

    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Aanmelding "Trainer"

    1Nadat de trainer het zelfregistratieproces heeft voltooid, kan de beheerder in Welducation AdminTool de rol "Trainer" toewijzen aan de bevoegde persoon.
    2Nu kunnen de trainers zich opnieuw aanmelden en de cursussen daar instellen.
    3De studenten moeten zich nu ook zelf registreren.
    4De trainer kan vervolgens de geregistreerde Campus Student aan de cursus toewijzen.
    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud"

    Voor de inbedrijfstelling van de bedrijfsmodus "Cloud" is geen Fronius-tablet vereist. De Welducation Simulator moet ingeschakeld zijn.

    E-mailadres voor cloudaanvragen:
    • cloud-request.welducation@fronius.com
    1Controleer of de bedrijfsmodus "Cloud" is geselecteerd.
    • Geef de huidige bedrijfsmodus op de lastoorts weer en schakel indien nodig over naar de gewenste bedrijfsmodus "Cloud".
    2Verbind de Welducation Simulator met het netwerk via een LAN-kabel (idealiter een open contactdoos -> geen firewall of proxy).
    3Als er een firewall en/of proxyserver aanwezig is, moeten de volgende domeinen of poorten in het netwerk worden ingeschakeld:
    - https://sso.welducation.com, poort 443
    - https://campus.welducation.com, poort 443
    - https://admintool.welducation.com, poort 443
    - https://challenge.welducation.com, poort 443
    4Als deze optie is ingesteld, deactiveer dan PoE (Power over Ethernet) op de netwerkverdeler.
    Bij een Welducation Simulator met de bedieningsvariant "Cloud" zijn de volgende stappen vereist voor de eerste toegang. Voor de configuratie wordt het gebruik van de webbrowser Google Chrome aanbevolen.
    5De toegang tot het Welducation-platform moet via e-mail worden aangevraagd.
    6Bij de aanvraag moet de volgende informatie worden verstrekt:
    • Naam van de organisatie
    • Land
    • Serienummer van alle Welducation Simulatoren met de bedieningsvariant "Cloud"
    • Contacte-mailadres waar de toegangsgegevens naartoe worden gestuurd
    • Overige informatie (bijvoorbeeld of er sprake is van een update)
    Nadat Fronius International GmbH het toegangsverzoek heeft ontvangen, worden de generieke toegangsgegevens voor de beheerder naar het contacte-mailadres gestuurd.
    • Gebruikersnaam of e-mailadres
    • Wachtwoord
    7De volgende website oproepen:
    • https://admintool.welducation.com
    8De aanmelding uitvoeren:
    • Gebruikersnaam of e-mailadres
    • Wachtwoord
    De aanvraag wordt gedaan na de registratie:
    9Oorspronkelijk wachtwoord wijzigen.

    BELANGRIJK: De gebruikersgegevens van de beheerder (gebruikersnaam en wachtwoord) zijn uniek en moeten veilig worden opgeslagen. Richtlijn voor wachtwoorden: minstens 8 tekens, hoofdletters en kleine letters, minstens 1 cijfer en 1 speciaal teken. Geen umlauten!

    10Wisselen naar de AdminTool.
    11Het apparaatbeheer oproepen en de verbonden Welducation Simulator selecteren.
    Voor de Welducation Simulator zijn onder meer de volgende statusweergaven mogelijk:
    • "FREE":De simulator is beschikbaar.
    • "OFFLINE":De simulator is niet toegankelijk en is niet beschikbaar voor lastaken.
    • "BEZET" ("OCCUPIED"):De simulator is in gebruik.
    • Overige informatie (bijvoorbeeld of er sprake is van een update)
    Ga als volgt te werk om de informatie voor een Welducation Simulator te bewerken:
    12Selecteer het potloodsymbool rechtsboven.
    13Geef de gegevens voor de Welducation Simulator op.
    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Aanmelding "Trainer"

    De beheerder heeft nu de mogelijkheid om de trainers per e-mail uit te nodigen voor de organisatie.

    1Selecteer de knop "Uitnodigen" ("Invite").
    • Het invoerscherm voor het e-mailadres van de uit te nodigen trainer verschijnt.
    2De volgende website oproepen:
    https://campus.welducation.com
    3Registratie uitvoeren met verificatie van het opgegeven e-mailadres.
    4Meld u aan bij de software en accepteer de uitnodiging voor de organisatie.

    BELANGRIJK: In eerste instantie krijgt elke zelfgeregistreerde gebruiker de rol "Campus Student".

    5Nadat de trainer het registratieproces heeft voltooid en de uitnodiging voor de organisatie heeft geaccepteerd, kan de beheerder in Welducation AdminTool de rol "Trainer" toewijzen aan de bevoegde persoon.
    1. Software
    2. Inbedrijfname door beheerder

    Aanmelding "Campus Student"

    1Via de AdminTool nodigt de trainer de gebruiker "Campus Student" uit voor de organisatie.
    2De gebruiker "Campus Student" moet zichzelf registreren en deelname aan de organisatie accepteren.
    3De trainer kan vervolgens de geregistreerde Campus Student aan de cursus toewijzen.

    Software Welducation Campus - Bediening

    Cursussen

    Cursus toevoegen

    1In het menu "Courses" (Cursussen) rechtsboven "+Add" (+Toevoegen) selecteren.

    De tijd en inhoud van geplande cursussen kunnen vóór de startdatum worden aangepast.

    De einddatum van lopende cursussen kan worden aangepast.

    Cursussen uit het verleden kunnen niet meer worden bewerkt.

    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Cursussen

    Cursus toevoegen

    1In het menu "Courses" (Cursussen) rechtsboven "+Add" (+Toevoegen) selecteren.

    De tijd en inhoud van geplande cursussen kunnen vóór de startdatum worden aangepast.

    De einddatum van lopende cursussen kan worden aangepast.

    Cursussen uit het verleden kunnen niet meer worden bewerkt.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Cursus toevoegen

    1In het menu "Courses" (Cursussen) rechtsboven "+Add" (+Toevoegen) selecteren.

    De tijd en inhoud van geplande cursussen kunnen vóór de startdatum worden aangepast.

    De einddatum van lopende cursussen kan worden aangepast.

    Cursussen uit het verleden kunnen niet meer worden bewerkt.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Leermodule maken

    U kunt nu selecteren of de cursus als volgt moet worden gemaakt:
    • op basis van een cursussjabloon ("Template")
    • helemaal opnieuw gemaakt ("from scratch")

    Een uitleg over hoe een cursussjabloon ("Course Template") kan worden gemaakt, vindt u in de paragraaf Cursussjablonen.

    Of de cursus nu helemaal opnieuw is gemaakt of op basis van een cursussjabloon:

    Om leerstof toe te kunnen voegen ("+ Add content"), moet de trainer eerst een leermodule toevoegen:
    • "Edit module" > "+ Add module"
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Leerinhoud maken

    Leerstof aan een cursus toevoegen:

    1"+ Add content" selecteren.
    2Selecteer de juiste categorie voor de leerstof.
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Deelnemer toevoegen

    1In het menu "Courses" het tabblad "Participants" selecteren.
    2Knop "+ Add" selecteren.
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Cursus afronden

    1Het menu "Courses" selecteren.

    Een cursus wordt afgerond als "Campus Student" met beoordeling en als trainer zonder beoordeling.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Cursusoverzicht

    1In het menu "Courses" het tabblad "Course" selecteren.
    2De gewenste cursus selecteren.
    In het cursusoverzicht staat informatie over:
    • de voortgang
    • de score
    • nog niet voltooide taken
    • voltooide taken

    In het cursusoverzicht zien studenten de aan hen toegewezen inhoud en hun voortgang.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Virtuele lastaak

    Virtuele lastaken vindt u in het cursusoverzicht onder de titel van de betreffende lasprocedure, bijv. "MAG".

    Virtuele lastaken zijn praktische oefeningen die worden uitgevoerd op de Welducation Simulator.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Instellingen en resultaten

    1In de betreffende cursus het tabblad "Settings" of "Results" selecteren.

    Studenten zien hun voortgang in de cursus of bij de betreffende taak. De trainer ziet de voortgang van alle studenten in de cursus.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Taak starten

    Een lastaak wordt gestart via "Details":
    1Selecteer de gewenste virtuele lastaak.
    2Selecteer rechtsboven "Start".
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Verbinding maken met een gratis Welducation Simulator

    Doe het volgende in het symbool voor een beschikbare Welducation Simulator:
    1Selecteer de knop "CONNECT".
    Wacht tot er verbinding is gemaakt:
    • Terwijl de verbinding tot stand wordt gebracht, verschijnt het bericht "Starten" ("STARTING").
    Nadat de verbinding tot stand is gebracht:
    • Vink de checklist af en stel de lasparameters in.

    De checklist en parameterinstellingen zijn afhankelijk van het geselecteerde niveau.

    Via de knop "Next" worden de parameterinstellingen geopend:

    Afhankelijk van het niveau kunnen er verschillende instellingen nodig zijn.

    Opmerking: Via de lasinstructies kunnen de details van de lastaak worden bekeken.

    WPS staat voor "Welding Parameter Settings": Lasparameterinstellingen

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Lastaken met de XR-headset

    Het interactiedoel (PUK) werkt samen met de lastoorts voor de volgende acties:
    • Lasparameters en dergelijke aanpassen
    • Lasapparaatinstellingen
    • Lastaken beëindigen
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Simulatie-instellingen

    • Verduistering:simuleert de verschillende verduisteringsopties van de lashelm
    • Filter:biedt de mogelijkheid om verschillende omgevingsfilters in te stellen voor een betere waarneming van virtuele objecten
    • Resolutie:biedt de mogelijkheid om de resolutie aan te passenOpmerking: Deze instelling heeft invloed op de beeldkwaliteit. Zo leidt een hogere beeldscherpte bijvoorbeeld tot een grotere vertraging.
    • Zichtbaarheid hand:biedt de mogelijkheid om de hand zichtbaar te maken op virtuele objectenOpmerking: Deze instelling heeft invloed op de beeldkwaliteit van virtuele objecten.
    • Volume:biedt de mogelijkheid om het geluidsvolume van de XR-headset aan te passen
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Lasparameters

    Biedt naast het instellen van de parameters in de software Welducation Campus de mogelijkheid om de lasparameters in virtuele taken aan te passen.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Lastaak aan het werkstuk uitvoeren

    Op de niveaus "Gemakkelijk" ("Easy") en "Gemiddeld" ("Medium") worden ghosts weergegeven om hulp te bieden tijdens het lassen. Op het niveau "Gemiddeld" ("Medium") worden er alleen ghosts getoond als de lastoortsgeleiding aanpassing behoeft.

    Voor de diverse onderdelen van de lasbeweging (uitlijning, afstand tot het werkstuk en lassnelheid) zijn afzonderlijke symbolen beschikbaar, die de mate van afwijking aangeven:
    • Groen: ideaal
    • Geel: lichte afwijking
    • Rood: grotere afwijking
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Lastaak beëindigen en beoordeling

    Na beëindiging van de lastaak zijn er verschillende mogelijkheden, afhankelijk van de moeilijkheidsgraad en het proces:
    • Basis uitslijpen: noodzakelijk bij lasonderbrekingen ("Grind")
    • Lastaak bevestigen als voltooid ("Bead completed")
    • Lastaak afkeuren ("Discard bead")
    • Lastaak bekijken ("Playback")
    • Beoordeling en nog veel meer...
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Na beëindiging van de lastaak

    1Toortsschakelaar loslaten.
    2Lastoorts in de houder hangen.
    3Zet de XR-headset af en vervolg de cursus op basis van uw persoonlijke voortgang.

    Opmerking: De gebruiker blijft gedurende een bepaalde tijd verbonden. Na een langere periode van inactiviteit wordt de verbinding met de Welducation Simulator uiteindelijk automatisch verbroken.

    Handmatig ontkoppelen:
    1Selecteer het ontkoppelingsteken in de balk bovenaan het scherm.
    • (in de volgende afbeelding aangegeven met een pijl)
    2Bevestig het dialoogvenster met "Yes" (Ja).
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursussen

    Overzicht van cursussen en deelnemers

    Het menu "Courses" (Cursussen) bevat een overzicht
    • van de gemaakte cursussen
    • van de geplande periode van elke cursus
    • van de algemene voortgang van alle cursisten
    • van de aan de betreffende cursussen toegewezen deelnemers
    • van de voortgang van de respectieve deelnemers
    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Campus Studenten

    "Campus Student" toevoegen

    Aan de volgende voorwaarden moet worden voldaan:
    • Zelfregistratie van de "Campus Student"
    • Uitnodiging geaccepteerd (alleen voor cloudvariant, voor standalone is alleen de zelfregistratie van de "Campus Student" vereist)

    Anders kan de trainer geen studenten aan een cursus toewijzen.

    De trainer voegt als volgt een "Campus Student" toe:
    1In het menu "Participants" rechtsboven "+Add" selecteren.
    2Selecteer de gewenste "Campus Student".
    3Selecteer de knop "Done".
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Campus Studenten

    "Campus Student" toevoegen

    Aan de volgende voorwaarden moet worden voldaan:
    • Zelfregistratie van de "Campus Student"
    • Uitnodiging geaccepteerd (alleen voor cloudvariant, voor standalone is alleen de zelfregistratie van de "Campus Student" vereist)

    Anders kan de trainer geen studenten aan een cursus toewijzen.

    De trainer voegt als volgt een "Campus Student" toe:
    1In het menu "Participants" rechtsboven "+Add" selecteren.
    2Selecteer de gewenste "Campus Student".
    3Selecteer de knop "Done".
    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Cursusopties en inhoud ("Content")

    Cursussjablonen

    "Course Template" dient als sjabloon voor cursussen. Hierdoor kan een bestaande cursusinhoud verder worden gebruikt en kunnen alleen de nieuwe deelnemers en de nieuwe cursusdatum worden geselecteerd.

    Ga als volgt te werk om een nieuwe sjabloon te maken:
    1Selecteer bij "Template" "+ Add".
    2Maak met "from scratch" een volledig nieuwe sjabloon.
    • Hier kunt u de gewenste cursuscomponenten toevoegen.
    Met de andere twee opties kunt u een sjabloon maken op basis van
    • bestaande cursussen
    • bestaande cursussjablonen ("templates")

    Met deze twee opties kan de inhoud echter ook naar wens worden gewijzigd.

    3Met "publish" publiceert u het cursussjabloon ("Template").

    Opmerking: Daarna kunt u niets meer wijzigen.

    Als er geen cursussjablonen meer nodig zijn, kunt u deze onzichtbaar maken voor het verder maken van cursussen met "deprecated".

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursusopties en inhoud ("Content")

    Cursussjablonen

    "Course Template" dient als sjabloon voor cursussen. Hierdoor kan een bestaande cursusinhoud verder worden gebruikt en kunnen alleen de nieuwe deelnemers en de nieuwe cursusdatum worden geselecteerd.

    Ga als volgt te werk om een nieuwe sjabloon te maken:
    1Selecteer bij "Template" "+ Add".
    2Maak met "from scratch" een volledig nieuwe sjabloon.
    • Hier kunt u de gewenste cursuscomponenten toevoegen.
    Met de andere twee opties kunt u een sjabloon maken op basis van
    • bestaande cursussen
    • bestaande cursussjablonen ("templates")

    Met deze twee opties kan de inhoud echter ook naar wens worden gewijzigd.

    3Met "publish" publiceert u het cursussjabloon ("Template").

    Opmerking: Daarna kunt u niets meer wijzigen.

    Als er geen cursussjablonen meer nodig zijn, kunt u deze onzichtbaar maken voor het verder maken van cursussen met "deprecated".

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursusopties en inhoud ("Content")

    Theorie-inhoud

    De theorie-inhoud en -taken omvatten PDF-bestanden voor het leren van theorie en het voorbereiden op de kennistoets.

    1Selecteer "Theory" in het cursusoverzicht.

    Naast de kant-en-klare theoretische inhoud kan ook eigen theoretische inhoud aan het systeem worden toegevoegd.

    Theorie-inhoud kan alleen worden gemaakt via de menuoptie "Theory" en alleen in de vorm van PDF-documenten.

    Om de documenten in de cursus te kunnen gebruiken, moeten ze veranderd worden van de status "Draft" naar "Published".

    1Selecteer in het menu "Theory" rechtsboven "+ Add".
    2Voer de metagegevens in.
    3Sleep het PDF-bestand naar het uploadvenster.
    4Sla het bestand op.
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursusopties en inhoud ("Content")

    Virtuele lastaken

    De virtuele lastaken worden gebruikt om lasvaardigheden te leren, zoals:

    • Voorbereiden van lasapparaten
    • Instellen van lasapparaten
    • Lastechnieken
    • ...
    1Selecteer de knop "Virtual training".

    Bij het selecteren van virtuele trainingen wordt een gedetailleerde beschrijving van het betreffende naadtype gegeven.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursusopties en inhoud ("Content")

    Niveau selecteren

    Na het bevestigen van de virtuele training kunt u de moeilijkheidsgraad selecteren ("Level").

    "Gemakkelijk" ("Easy"):

    • In Welducation Campus verschijnt aan het begin een checklist voor de lasvoorbereiding.
    • Een verkeerde lastoorts is niet toegestaan.
    • Ghosts zijn altijd zichtbaar.
    • Een verkeerde werkstukpositie is niet toegestaan.
    • De lasapparaatinstellingen zijn vooraf geconfigureerd.
    • Uitsluitingscriterium: onjuiste energie per lengte-eenheid
    • Drempelwaarde voor positieve lastoortsgeleiding: 60%

    "Gemiddeld" ("Medium"):

    • In Welducation Campus verschijnt aan het begin een checklist voor de lasvoorbereiding.
    • Een verkeerde lastoorts is niet toegestaan.
    • Ghosts zijn alleen zichtbaar als de lastoortsgeleiding onjuist is.
    • Een verkeerde werkstukpositie is niet toegestaan.
    • De lasapparaatinstellingen moeten zelf worden geconfigureerd.
    • Uitsluitingscriteria:
      • onjuiste energie per lengte-eenheid
      • Er is een onbehandelde laspauze opgetreden.
      • onvoldoende lasnaadcontinuïteit
      • onvoldoende beschermgasafdekking
    • Drempelwaarde voor positieve lastoortsgeleiding: 90%

    "Moeilijk" ("Hard"):

    • Er is geen checklist voor de lasvoorbereiding.
    • Gebruik van een verkeerde lastoorts is mogelijk.
    • Ghosts zijn niet zichtbaar.
    • Een verkeerde werkstukpositie is mogelijk.
    • De lasapparaatinstellingen moeten zelf worden geconfigureerd.
    • Alle criteria dienen ter voorbereiding op lassen in de praktijk.
    • Uitsluitingscriteria:
      • onjuist proces
      • onjuiste laspositie
      • onjuiste energie per lengte-eenheid
      • Er is sprake van een onnodige of onbehandelde laspauze.
      • onvoldoende lasnaadcontinuïteit
      • onvoldoende beschermgasafdekking
      • onbehandelde vervuiling van de wolfraamelektrode, het smeltbad of het vulmateriaal
      • onjuiste lasapparaatinstellingen
    • Drempelwaarde voor positieve lastoortsgeleiding: 75%
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Cursusopties en inhoud ("Content")

    Kennistoets

    Ga als volgt te werk om een kennistoets te maken:
    1Selecteer "Knowledge Check" onder "Content".
    2Selecteer "+ Add".

    Vervolgens kunt u beslissen of een kennistoets helemaal opnieuw wordt gemaakt ("from scratch") of op basis van een bestaande kennistoets.

    Nieuwe kennistoets ("from scratch"):
    1Voer een naam, taal en beschrijving in.
    2Voeg met "Add question" een vraag en de antwoorden toe.
    • Activeer het juiste antwoord via de schuif.
    3Voeg vervolgens zoveel vragen toe als u wilt.

    Opmerking: De volgorde van de vragen en de antwoorden voor de "Campus Student" is willekeurig.

    4Publiceer de kennistoets met "publish".

    Opmerking: Daarna kunt u niets meer wijzigen.

    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Kalibratie

    Kalibratie activeren

    Het systeem wordt voor levering in de fabriek gekalibreerd. Normaal gesproken hoeft de klant het systeem niet te kalibreren.

    Als er echter een afwijking tussen echte en virtuele objecten wordt gedetecteerd (grote offset), kan achteraf een kalibratie worden uitgevoerd.

    Tijdens de kalibratie worden de afzonderlijke componenten met elkaar gesynchroniseerd.

    Opmerking: Hiervoor is het bijgeleverde kalibratiedoel nodig.

    De kalibratie wordt door de trainer gestart. Nadat de kalibratie door de trainer is gestart, verschijnt het verzoek om te kalibreren alleen wanneer een lastaak opnieuw wordt gestart.

    De kalibratie wordt als volgt uitgevoerd met het bijgeleverde kalibratiedoel:
    1Door in het menu "Devices" te klikken op het symbool met de 3 stippen wordt gewisseld naar de kalibratiemodus ("Calibration") van de betreffende Welducation Simulator.
    2Plaats het kalibratiedoel op dezelfde plaats waar daarna het werkstuk zal worden geplaatst.
    3Start een taak met de ingestelde kalibratievlag.
    4Volg de instructies voor de juiste afstand en hoek. Voor de zekerheid wordt er op twee afstanden gekalibreerd.
    5Wanneer de juiste hoek is bereikt, wordt de overlay groen. Houd deze positie vast totdat de kalibratie is voltooid.
    • Dit is te zien op de voortgangsbalk.
    6Controleer het kalibratiedoel en het werkstuk om er zeker van te zijn dat de kalibratie correct is uitgevoerd.
    • Als de kalibratie correct is uitgevoerd -> "Save and Quit"
    • Als de kalibratie niet correct is uitgevoerd -> "Repeat"
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Kalibratie

    Kalibratie activeren

    Het systeem wordt voor levering in de fabriek gekalibreerd. Normaal gesproken hoeft de klant het systeem niet te kalibreren.

    Als er echter een afwijking tussen echte en virtuele objecten wordt gedetecteerd (grote offset), kan achteraf een kalibratie worden uitgevoerd.

    Tijdens de kalibratie worden de afzonderlijke componenten met elkaar gesynchroniseerd.

    Opmerking: Hiervoor is het bijgeleverde kalibratiedoel nodig.

    De kalibratie wordt door de trainer gestart. Nadat de kalibratie door de trainer is gestart, verschijnt het verzoek om te kalibreren alleen wanneer een lastaak opnieuw wordt gestart.

    De kalibratie wordt als volgt uitgevoerd met het bijgeleverde kalibratiedoel:
    1Door in het menu "Devices" te klikken op het symbool met de 3 stippen wordt gewisseld naar de kalibratiemodus ("Calibration") van de betreffende Welducation Simulator.
    2Plaats het kalibratiedoel op dezelfde plaats waar daarna het werkstuk zal worden geplaatst.
    3Start een taak met de ingestelde kalibratievlag.
    4Volg de instructies voor de juiste afstand en hoek. Voor de zekerheid wordt er op twee afstanden gekalibreerd.
    5Wanneer de juiste hoek is bereikt, wordt de overlay groen. Houd deze positie vast totdat de kalibratie is voltooid.
    • Dit is te zien op de voortgangsbalk.
    6Controleer het kalibratiedoel en het werkstuk om er zeker van te zijn dat de kalibratie correct is uitgevoerd.
    • Als de kalibratie correct is uitgevoerd -> "Save and Quit"
    • Als de kalibratie niet correct is uitgevoerd -> "Repeat"
    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Demo

    Demo

    Het menu "Demo" bevat kant-en-klare leerinhoud en oefeningen voor presentatiedoeleinden of om snel een overzicht te krijgen van een cursusstructuur.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Demo

    Demo

    Het menu "Demo" bevat kant-en-klare leerinhoud en oefeningen voor presentatiedoeleinden of om snel een overzicht te krijgen van een cursusstructuur.

    1. Software Welducation Campus - Bediening

    Device Management

    Voorwaarden

    Voor de volgende acties in "Device Management" gelden de volgende voorwaarden:
    • Menu "Device Management"
    • Alleen mogelijk in Welducation AdminTool
    • Alleen in de bedrijfsmodus Standalone ("OFFLINE")
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Device Management

    Voorwaarden

    Voor de volgende acties in "Device Management" gelden de volgende voorwaarden:
    • Menu "Device Management"
    • Alleen mogelijk in Welducation AdminTool
    • Alleen in de bedrijfsmodus Standalone ("OFFLINE")
    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Device Management

    Factory Reset

    Bij een "Factory Reset" verwijdert de actie "Reset Device" alle gegevens in het systeem en worden de fabrieksinstellingen van het systeem teruggezet.

    Opmerking: Het wachtwoord voor de beheerder wordt ook gereset. Alleen een beheerder kan een fabrieksreset uitvoeren.

    1. Software Welducation Campus - Bediening
    2. Device Management

    BackUp and Restore

    Bij "BackUp and Restore" worden alle gegevens opgeslagen, o.a. cursussen, deelnemers en resultaten.

    Opmerking: "BackUp and Restore" is alleen beschikbaar op het systeem waarop het is gemaakt en kan alleen door de beheerder en de trainer worden uitgevoerd.

    Probleemoplossing, onderhoud en recycling

    Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Algemeen

    Als er een storing optreedt in Welducation Simulator en Software Campus, dient u eerst het probleem op de volgende manier op te lossen:
    1Start afhankelijk van de toepassing AdminTool of Welducation Campus opnieuw op.
    2Zoek mogelijke updates in Welducation AdminTool.
    • Er moet een internetverbinding tot stand zijn gebracht.
    3Start het eindapparaat (tablet) opnieuw op en controleer op mogelijke updates.
    4Start de Welducation Simulator opnieuw op.
    5Verbind het eindapparaat opnieuw met de Welducation Simulator.

    Wacht steeds een paar minuten tussen pogingen om opnieuw op te starten.

    Als de storing ondanks herhaalde pogingen blijft optreden en de boven hierboven genoemde stappen niet succesvol zijn, neem dan contact op met Fronius Support en geef een gedetailleerde beschrijving van de storing.

    Fronius Support heeft de volgende gegevens nodig:

    • Serienummer
    • Teamview-ID
    • Bedrijfsmodus (standalone of cloud)
    • Softwareversie
    E-mailadres Fronius Support:
    • welding.techsupport@fronius.com
    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling

    Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Algemeen

    Als er een storing optreedt in Welducation Simulator en Software Campus, dient u eerst het probleem op de volgende manier op te lossen:
    1Start afhankelijk van de toepassing AdminTool of Welducation Campus opnieuw op.
    2Zoek mogelijke updates in Welducation AdminTool.
    • Er moet een internetverbinding tot stand zijn gebracht.
    3Start het eindapparaat (tablet) opnieuw op en controleer op mogelijke updates.
    4Start de Welducation Simulator opnieuw op.
    5Verbind het eindapparaat opnieuw met de Welducation Simulator.

    Wacht steeds een paar minuten tussen pogingen om opnieuw op te starten.

    Als de storing ondanks herhaalde pogingen blijft optreden en de boven hierboven genoemde stappen niet succesvol zijn, neem dan contact op met Fronius Support en geef een gedetailleerde beschrijving van de storing.

    Fronius Support heeft de volgende gegevens nodig:

    • Serienummer
    • Teamview-ID
    • Bedrijfsmodus (standalone of cloud)
    • Softwareversie
    E-mailadres Fronius Support:
    • welding.techsupport@fronius.com
    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Algemeen

    Als er een storing optreedt in Welducation Simulator en Software Campus, dient u eerst het probleem op de volgende manier op te lossen:
    1Start afhankelijk van de toepassing AdminTool of Welducation Campus opnieuw op.
    2Zoek mogelijke updates in Welducation AdminTool.
    • Er moet een internetverbinding tot stand zijn gebracht.
    3Start het eindapparaat (tablet) opnieuw op en controleer op mogelijke updates.
    4Start de Welducation Simulator opnieuw op.
    5Verbind het eindapparaat opnieuw met de Welducation Simulator.

    Wacht steeds een paar minuten tussen pogingen om opnieuw op te starten.

    Als de storing ondanks herhaalde pogingen blijft optreden en de boven hierboven genoemde stappen niet succesvol zijn, neem dan contact op met Fronius Support en geef een gedetailleerde beschrijving van de storing.

    Fronius Support heeft de volgende gegevens nodig:

    • Serienummer
    • Teamview-ID
    • Bedrijfsmodus (standalone of cloud)
    • Softwareversie
    E-mailadres Fronius Support:
    • welding.techsupport@fronius.com
    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Veiligheid

    GEVAAR!

    Een elektrische schok kan dodelijk zijn.

    Vóór het openen van het apparaat

    Netschakelaar in stand - O - zetten.

    het apparaat van het stroomnetwerk loskoppelen

    Het apparaat tegen opnieuw inschakelen beveiligen.

    Met behulp van een geschikte meter controleren of alle elektrisch geladen onderdelen (bijvoorbeeld condensatoren) inderdaad zijn ontladen.

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische schokken wegens ontoereikende randaardeverbinding.

    Dit kan ernstig lichamelijk letsel en materiële schade veroorzaken.

    De schroeven van de behuizing vormen een geschikte verbinding van de randaarde, voor de aarding van de behuizing. Het is niet toegestaan ​​de schroeven van de behuizing door andere schroeven te vervangen zonder een betrouwbare randaardeverbinding.

    Altijd het oorspronkelijke aantal originele schroeven van de behuizing gebruiken.

    Het juiste aanhaalmoment aanhouden bij het vastdraaien van de schroeven van de behuizing.

    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Storingsdiagnose en storingen opheffen

    Het apparaat heeft geen functie.
    De netschakelaar is ingeschakeld, de statusweergaven blijven donker en de ventilator van het apparaat staat stil.
    Oorzaak:De netvoedingskabel is onderbroken en de netstekker zit niet in het stopcontact.
    Oplossing:De netvoedingskabel controleren en indien nodig de netstekker in het stopcontact steken.
    Oorzaak:De netkabel is niet goed aangesloten op de aansluiting van de Welducation Simulator.
    Oplossing:Ervoor zorgen dat de netkabel goed op de aansluiting van de Welducation Simulator is aangesloten. Na het aansluiten de netkabel 45° naar rechts draaien tot de vergrendeling hoorbaar vastklikt.
    Oorzaak:Het stopcontact of de netstekker is defect.
    Oplossing:De defecte onderdelen vervangen.
    Oorzaak:De netbeveiliging is geactiveerd.
    Oplossing:De oorzaak van de activering van de netbeveiliging elimineren en de netbeveiliging herstellen.
    Het apparaat is niet met een netwerk verbonden.
    Oorzaak:"PoE" ("Power over Ethernet") wordt op de bijbehorende netwerkverdeler ingesteld.
    Oplossing:"PoE" deactiveren.
    Oorzaak:De netwerkkabel is onderbroken, de netwerkstekker zit niet in het stopcontact.
    Oplossing:De netwerkstekker erin steken.
    Oorzaak:De netwerkaansluiting of de netwerkstekker is defect.
    Oplossing:De defecte onderdelen vervangen.
    Oorzaak:Algemene netwerkfout.
    Oplossing:De netwerkbeheerder op de hoogte stellen.
    Afwijking tussen de echte en virtuele objecten (grote offset)
    Oorzaak:De lastoorts of elektrodehouder is verkeerd gekalibreerd.
    Oplossing:De kalibratie activeren.
    Informatie hierover vindt u in de paragraaf Kalibratie van het hoofdstuk "Software Welducation Campus - Bediening".
    De 3D-weergave verschijnt onjuist of helemaal niet.
    Er is geen indicatie van de beweging van de lastoorts of de elektrodehouder. Ongecoördineerde of helemaal geen Augmented Reality-weergave
    Oorzaak:Optische tracking functioneert niet.
    Oplossing:Verwijder de afdekking van de optische camera in de XR-headset, zodat optische tracking mogelijk wordt.
    Oorzaak:De kabel van de trackingcamera zit los.
    Oplossing:De micro-USB-stekker op de trackingcamera controleren.
    Oorzaak:De lastoorts of elektrodehouder is niet aangesloten.
    Oplossing:Sluit de lastoorts of elektrodehouder aan.
    Oorzaak:De kabel of de stekker van de lastoorts of elektrodehouder is defect.
    Oplossing:Vervang de kabel of de stekker van de lastoorts of elektrodehouder.
    Oorzaak:De kabel van de optische camera in de XR-headset is defect.
    Oplossing:Vervang de kabel van de optische camera.
    Oorzaak:De kabel van de trackingcamera in de XR-headset is defect.
    Oplossing:Vervang de kabel van de trackingcamera.
    Oorzaak:De optische camera in de XR-headset is defect.
    Oplossing:De optische camera laten repareren of vervangen.
    Neem contact op met Fronius Support als de optische camera defect is.
    Oorzaak:De trackingcamera in de XR-headset is defect.
    Oplossing:De trackingcamera laten repareren of vervangen.
    Neem contact op met Fronius Support als de trackingcamera defect is.
    De XR-headset werkt niet.
    Oorzaak:De XR-headset heeft geen verbinding met de Welducation Simulator.
    Oplossing:Vervang de verbindingskabel van de XR-headset naar de Welducation Simulator.
    Oorzaak:De XR-headset is defect.
    Oplossing:Laat de XR-headset repareren of vervang deze.
    De toetsen van de lasbrander hebben geen functie.
    Oorzaak:De lasbrander is niet aangesloten.
    Oplossing:De lasbrander aansluiten.
    Oorzaak:De kabel of de stekker van de lasbrander is defect.
    Oplossing:De kabel of de stekker van de lasbrander vervangen.
    De Welducation Simulator detecteert een storing (oranje) op de onderste van de drie LED's.
    Oorzaak:Softwarefout
    Oplossing:Als de fout na meerdere keren opnieuw opstarten (waarbij steeds enkele minuten is gewacht tussen de pogingen) nog steeds optreedt, neem dan contact op met Fronius Support.
    Oorzaak:Hardwarefout
    Oplossing:Controleer alle kabels en aansluitingen.
    Als de fout na meerdere keren opnieuw opstarten (waarbij steeds enkele minuten is gewacht tussen de pogingen) nog steeds optreedt, neem dan contact op met Fronius Support.
    Oorzaak:Tijdens het opstarten is een onbekend USB-apparaat aangesloten (bijvoorbeeld een USB-stick).
    Oplossing:USB-apparaat of USB-stick verwijderen.
    Welducation Simulator verschijnt als "Offline" in de bedrijfsmodus "Cloud".
    Oorzaak:De bedrijfsmodus "Standalone" is geselecteerd.
    Oplossing:Met de lastoorts wisselen naar de bedrijfsmodus "Cloud" zoals beschreven in paragraaf Van bedrijfsmodus wisselen.
    Oorzaak:Er is geen geschikte netwerkverbinding beschikbaar.
    Oplossing:In de meeste gevallen is de netwerkverbinding niet defect, maar moeten de firewall- of proxy-instellingen worden aangepast.

    Controleer de criteria voor een werkende netwerkverbinding. Gedetailleerde informatie hierover vindt u in de paragraaf Inbedrijfstelling bedieningsvariant "Cloud".
    De bedrijfsmodus Standalone (OFFLINE) geeft een tijdsafwijking aan.
    Oorzaak:Er is een afwijking van de werkelijke tijd op de tablet.
    Oplossing:De tijd in de tabletinstellingen corrigeren of de tablet online brengen voor tijdsynchronisatie.
    Het aantal functies op het tablet is beperkt.
    Oorzaak:Mogelijk is er een software-update beschikbaar.
    Oplossing:In de tabletinstellingen onder Software-update controleren op mogelijke updates en deze installeren.
    Er treedt een onverwachte fout op bij het maken van een cursus.
    Oorzaak:De automatische vertaling is geactiveerd.
    Oplossing:De automatische vertaling in de browserinstellingen van het eindapparaat deactiveren.
    E-mail met uitnodiging komt niet aan
    De e-mail met uitnodiging voor een organisatie wordt niet verzonden.
    Oorzaak:Er is een onbekende fout opgetreden.
    Oplossing:Ook zonder e-mail is de uitnodiging na het aanmelden in de Welducation-applicatie opvraagbaar.
    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling

    Onderhoud en recycling

    Veiligheid

    GEVAAR!

    Gevaar door verkeerde bediening en verkeerd uitgevoerde werkzaamheden

    Dit kan ernstig letsel en schade aan eigendommen veroorzaken.

    Alleen getraind vakpersoneel mag de werkzaamheden en functies die in dit document worden beschreven uitvoeren in overeenstemming met de geldende nationale en internationale normen.

    U dient dit document te lezen en te begrijpen.

    Alle gebruiksaanwijzingen van de systeemcomponenten, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften, moeten gelezen en begrepen worden.

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische stroom

    Zwaar letsel of overlijden kan het gevolg zijn.

    Schakel voor aanvang van de werkzaamheden alle betrokken apparaten en componenten uit en ontkoppel ze van het elektriciteitsnet.

    Beveilig alle betrokken apparaten en componenten tegen opnieuw inschakelen.

    Controleer na het openen van het apparaat met behulp van een geschikte meter of de elektrisch geladen onderdelen (bijvoorbeeld condensatoren) ontladen zijn.

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische schokken wegens ontoereikende randaardeverbinding.

    Dit kan ernstig letsel en schade aan eigendommen veroorzaken.

    De schroeven van de behuizing vormen een geschikte verbinding van de randaarde, voor de aarding van de behuizing. Het is niet toegestaan ​​de schroeven van de behuizing door andere schroeven te vervangen zonder een betrouwbare randaardeverbinding.

    Altijd het oorspronkelijke aantal originele schroeven van de behuizing gebruiken.

    Het juiste aanhaalmoment aanhouden bij het vastdraaien van de schroeven van de behuizing.

    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Onderhoud en recycling

    Veiligheid

    GEVAAR!

    Gevaar door verkeerde bediening en verkeerd uitgevoerde werkzaamheden

    Dit kan ernstig letsel en schade aan eigendommen veroorzaken.

    Alleen getraind vakpersoneel mag de werkzaamheden en functies die in dit document worden beschreven uitvoeren in overeenstemming met de geldende nationale en internationale normen.

    U dient dit document te lezen en te begrijpen.

    Alle gebruiksaanwijzingen van de systeemcomponenten, in het bijzonder de veiligheidsvoorschriften, moeten gelezen en begrepen worden.

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische stroom

    Zwaar letsel of overlijden kan het gevolg zijn.

    Schakel voor aanvang van de werkzaamheden alle betrokken apparaten en componenten uit en ontkoppel ze van het elektriciteitsnet.

    Beveilig alle betrokken apparaten en componenten tegen opnieuw inschakelen.

    Controleer na het openen van het apparaat met behulp van een geschikte meter of de elektrisch geladen onderdelen (bijvoorbeeld condensatoren) ontladen zijn.

    GEVAAR!

    Gevaar door elektrische schokken wegens ontoereikende randaardeverbinding.

    Dit kan ernstig letsel en schade aan eigendommen veroorzaken.

    De schroeven van de behuizing vormen een geschikte verbinding van de randaarde, voor de aarding van de behuizing. Het is niet toegestaan ​​de schroeven van de behuizing door andere schroeven te vervangen zonder een betrouwbare randaardeverbinding.

    Altijd het oorspronkelijke aantal originele schroeven van de behuizing gebruiken.

    Het juiste aanhaalmoment aanhouden bij het vastdraaien van de schroeven van de behuizing.

    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Onderhoud en recycling

    Onderhoud bij iedere inbedrijfname

    • Alle componenten, inclusief de netstekker, de netkabel en de kabels van de systeemcomponenten controleren op beschadigingen en beschadigde componenten vervangen.
    • Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn.
    1. Probleemoplossing, onderhoud en recycling
    2. Onderhoud en recycling

    Afvoer van oude apparaten

    Afgedankte elektrische en elektronische apparatuur moet conform EU-richtlijnen en nationale wetgeving gescheiden worden ingezameld en op een milieuvriendelijke manier worden gerecycled. Gebruikte apparaten moeten bij de distributeur of bij een erkend plaatselijk inzamelpunt worden ingeleverd. Door oude apparaten correct af te voeren, kunnen grondstoffen worden hergebruikt en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu worden beperkt.

    Verpakkingsmaterialen
    • Gescheiden inzamelen
    • Neem de lokaal geldende voorschriften in acht
    • Verminder het volume van de doos

    Technische gegevens

    Welducation Simulator

    Netspanning

    1~ 110 tot 230 V AC

    Netspanningstolerantie

    +/- 10%

    Netfrequentie

    50 tot 60 Hz

    Netbeveiliging

    16 A

    Stroomopname (max.)

    2 A

    EMV-emissieklasse

    B

    WLAN-standaarden

    802.11b DSSS
    (DBPSK, DQPSK, CCK)

    802.11g OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11n OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11a OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11ac OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM, 256-QAM)

    Goedkeuringskenmerk

    CE, FCC, FCC ID, IC

    Afmetingen l x b x h

    560 x 215 x 370 mm
    (22,05 x 8,46 x 14,57 in.)

    Gewicht
    zonder standaardaccessoires of optionele accessoires

    13 kg (28,66 lb.)

    Temperatuurbereik van de omgevingslucht
    bij gebruik
    bij transport en opslag



    -10 °C tot +40 °C (+14 °F tot +104 °F)
    -20 °C tot +55 °C (-4 °F tot +131 °F)

    Relatieve luchtvochtigheid

    tot 50% bij +40 °C (+104 °F),
    niet condenserend
    tot 90% bij +20 °C (+68 °F),
    niet condenserend

    Hoogte boven de zeespiegel:

    tot 2.000 m (6.500 ft.)

    1. Technische gegevens

    Welducation Simulator

    Netspanning

    1~ 110 tot 230 V AC

    Netspanningstolerantie

    +/- 10%

    Netfrequentie

    50 tot 60 Hz

    Netbeveiliging

    16 A

    Stroomopname (max.)

    2 A

    EMV-emissieklasse

    B

    WLAN-standaarden

    802.11b DSSS
    (DBPSK, DQPSK, CCK)

    802.11g OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11n OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11a OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM)

    802.11ac OFDM
    (BPSK, QPSK, 16-QAM, 64-QAM, 256-QAM)

    Goedkeuringskenmerk

    CE, FCC, FCC ID, IC

    Afmetingen l x b x h

    560 x 215 x 370 mm
    (22,05 x 8,46 x 14,57 in.)

    Gewicht
    zonder standaardaccessoires of optionele accessoires

    13 kg (28,66 lb.)

    Temperatuurbereik van de omgevingslucht
    bij gebruik
    bij transport en opslag



    -10 °C tot +40 °C (+14 °F tot +104 °F)
    -20 °C tot +55 °C (-4 °F tot +131 °F)

    Relatieve luchtvochtigheid

    tot 50% bij +40 °C (+104 °F),
    niet condenserend
    tot 90% bij +20 °C (+68 °F),
    niet condenserend

    Hoogte boven de zeespiegel:

    tot 2.000 m (6.500 ft.)

    1. Technische gegevens

    Gebruik van afneembare antenne

    Deze radiozender (IC: 6158A-EQ261ACNIBT / model: WPEQ-261ACNI(BT)) is door ISED goedgekeurd om te werken met de gebruikte antennetypen met de gespecificeerde maximaal toegestane versterking.

    1. Technische gegevens

    XR-Headset

    Netspanning

    Voeding via de Welducation Simulator

    EMV-emissieklasse

    B

    Goedkeuringskenmerken

    CE, CSA

    Temperatuurbereik van de omgevingslucht
    bij gebruik
    bij transport en opslag



    -10 °C tot +40 °C (+14 °F tot +104 °F)
    -20 °C tot +55 °C (-4 °F tot +131 °F)

    Relatieve luchtvochtigheid

    tot 50% bij +40 °C (+104 °F),
    niet condenserend
    tot 90% bij +20 °C (+68 °F),
    niet condenserend

    Hoogte boven de zeespiegel:

    tot 2.000 m (6.500 ft.)

    1. Technische gegevens

    Normen

    Het apparaat is getest en voldoet aan de van toepassing zijnde richtlijnen in overeenstemming met de volgende standaard:
    • IEC 62368-1

    Interactieve gebruiksaanwijzing

    HTML5-gebruiksaanwijzing

    Op de Fronius-website vindt u een interactieve HTML5-gebruiksaanwijzing voor Welducation Simulator en Welducation Campus:

    • https://manuals.fronius.com/html/4204260444
    1. Interactieve gebruiksaanwijzing

    HTML5-gebruiksaanwijzing

    Op de Fronius-website vindt u een interactieve HTML5-gebruiksaanwijzing voor Welducation Simulator en Welducation Campus:

    • https://manuals.fronius.com/html/4204260444